Alleen in de Westhoek van Schouwen is nog een kreekbedding, een dam en een dijk binnen
de huidige ringdijk van Schouwen aanwezig. Het gaat hier om de lage kreekbedding die van
Burghsluis naar Haamstede liep. Deze was in het veld nog lang herkenbaar aan de lage lig
ging, de smalle langgerekte percelen en veldnamen als de Dee, Vievertjes, Lopend Water en
Biezenwei (28 en 29). In 1906 gaf Boot (28) de volgende beschrijving van de ligging van de
ze kreek: „Ten zuidwesten van Haamstede is de oude richting zeer goed waar te nemen en
gaat van daar in zuidelijke richting oost van den Kloosterweg en langs Leliëndale naar de
plaats waar thans de molen van Burgh staat en zal dan ten zuiden van dien molen den te-
genwoordigen weg hebben doorsneden ongeveer waar nu de Meeldijk begint, en van daar
voortgeloopen hebben ten westen van- en evenwijdig aan dien dijk; overal zijn aldaar nog
sporen te vinden". Ook iets ten noorden van Haamstede, 200 a 300 meter bezuiden de La
ge Zoom vond Boot nog sporen van een geul. Hoever deze kreek hier heeft doorgelopen is
niet bekend. Hij zal in deze omgeving ongetwijfeld dichtgestoven zijn door duinzand.
De kreek is op twee plaatsen afgedamd. De eerste dam heeft in Haamstede gelegen, althans
hierop wijst de oude straatnaam „Dam" in het centrum van dit dorp. De tweede afdamming,
waardoor Haamstede zijn open verbinding met de zee kwijtraakte, zal hebben plaatsgevon
den door de Meeldijk op de plek iets ten zuiden van de molen „De Korenbloem", zoals
door Boot werd beschreven. Deze plek wordt ook genoemd in het bekende charter van
1291, waarin gezegd wordt dat de vijf zesdedelen van Schouwen ten oosten van de Schelve
ringe ongeveer vanaf Burgh zullen beginnen hun land te bedijken (30). Het eerste traject
van de ringdijk van Schouwen begon dus bij de Hooge Burg en liep vanhier naar de Ooster-
schelde. Dit moet dus wel de huidige Meeldijk geweest zijn. Zoals elders in Schouwen stond
ook hier bij een dam in een kreek een molen. Misschien was het lage gebied tussen Burgh
en Haamstede, met perceelsnamen als „Vievertjes" en „Biezenwei", wel de oorzaak van een
getijdemolen. De kreek van Haamstede naar Burghsluis kan de in het charter als grens ge
noemde Schelveringe geweest zijn. Oudere auteurs (2, 3, 4) tekenen hier een kreek met de
ze naam en laten die voorbij Haamstede doorlopen tussen de Hoge en Lage Zoom en ver
volgens voorbij Renesse tot in de Grevelingen. Uit bodemkundig en geologisch onderzoek
is gebleken dat dit traject vanaf Haamstede niet juist kan zijn (31). Wel liep er meer weste
lijk een kreek die dood liep in de Oosterenban (32). Dat de kreek(bedding) van de Ooster-
schelde tot Haamstede de naam Schelveringe had, is niet onwaarschijnlijk. Hij was in elk ge
val de grens tussen de vijf oostelijke zesdedelen en het westelijke zesdedeel, de polder
Burgh en Westland. Ook de vijf zesdedelen hadden onderling als grenzen kreekbeddingen,
b.v. de Gravelinge tussen de zesdedelen Haamstede en Brijdorpe. Er is echter ook wel ver
ondersteld dat de naam „Schelveringe" betrekking heeft op door begroeide zanddijkjes om
geven percelen cultuurland (33). Op Schouwen wordt deze naam echter niet gebruikt.
23. Kreken en dammen in Zierikzee
Als slot van de reeks inbraakkreken met hun dammen zal nu de situatie in Zierikzee worden
besproken. Deze plaats ligt oorspronkelijk aan een kreek die vanuit de Gouwe het land bin
nendringt en zich in de stad splitst. De ene tak loopt vanuit de Oude Haven via de
Poststraat, Kerkhof ZZ, Weststraat en Miereweg in westelijke richting (1). Hier ligt het
oudste deel van deze stad, het gebied rond de St. Lievenskerk en het vroegere 's-Gravenhof
(34). Op de grens van de Poststraat en de Appelmarkt is deze kreek vermoedelijk afgedamd.
Deze dam vormt een deel van de straat van die naam. Binnen deze dam is de ten tijde van
de afsluiting waarschijnlijk reeds behoorlijk dichtgeslibde kreek veranderd in een zwakke
kreekrug. Dit deel van de straat, de Dam, ligt dan ook zeer hoog. Buiten deze dam heeft
25