Goemans^). In 1839 komt de vroedvrouw Pietemella Kouwen uit Haamstede, die in Middelburg is opgeleid van januari 1833 - 5 april 1834. Op 3 januari 1835 huwde zij met Comelis (Gerards) de Braai, timmermansknecht. Hun eerste kind werd reeds geboren op 23 juni 18352$). In de jaren 1836-39. toen nog drie kinderen werden gebo ren, verrichtte ze toch haar werk als vroedvrouw te Haamstede, soms afgelost door haar schoonmoeder Janna Joostze Speelman, die daar sedert 1807 vroedvrouw is geweest. In 1839 was ook in Haamstede de vroedmeester Paulus Dobbelaar Halffmann. Op 1 mei van dit jaar vertrok het gezin de Braai naar Zierikzee, waar Comelis - van hier afkomstig - zich vestigde als winkelier en koopman, eerst aan de Vissersdijk. later in de Poststraat (C 95). In de jaren 1840-43 werden in het gezin nog drie kinderen geboren. Tussen 1840 en 1848 heeft hier ook in de verloskunde gepractiseerd Dr. Jan Pieter Ermerins, een zoon van de Zie- rikzeese medicus Robbert Carel Ermerins 1760-1844)29)die in 1848 op 34-jarige leeftijd overleed. De in 1851 door het overlijden van de vroedmeester Van Duyl ontstane vacature werd ad interim vervuld door Dr. Hubrecht Goemans. In dit jaar kwam ook te Zierikzee Dr. med., chir. et obst. J. K. de Bruyne. die tevoren twee ja ren in Renesse had gepractiseerd. dr. Job Kosten de Bruyne. Naar foto verkregen door de welwillen de medewerking van mevrouw G. de Bruyne-Vrielink te Ugehelen. dr. H. Goemans (geb. Dreischor 14 maart 1803 - overl. Zierikzee 23 november 1889). (Repr. Foto Verschoore, Zierikzee) In dit jaar komt er in Zierikzee verder een figuur uit de kring der heelmeesters, die, of schoon zowel negatieve als positieve eigenschappen tonend, hier een duidelijke invloed heeft gehad op de uitoefening van de geneeskunde èn de verloskunde. Het betreft de heer D. B. P. Zuurdeeg uit Leiden, die op 11 oktober 1851 uit elf sollicitanten benoemd werd tot Stads Heel- en Vroedmeester. Hij had tevoren twee jaren in Almelo gepractiseerd. Hoewel de keuze was gedaan naar bekwaamheid en naar de gunstige indruk „zijner humaniteit"bleef zijn gedrag een jarenlange zorg voor de plaatselijke commissie voor geneeskundig toevoorzigt. Hij wijdde zich - buiten zijn bevoegdheid - ook regelmatig aan de „interne praktijk", eenmaal zelfs met noodlottig gevolg, waarop in 1859 een wettelijk proces-verbaal volg de. 38

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1982 | | pagina 40