sing is in het werk gesteld geworden: des gerequireerd zal hij daar bij overleggen, voldoende bewijzen dat hij dezel
ve aan de barende of derzei ver naastbestaanden heeft voorgesteld en aangeraden.
12.
Hij zal zich in geval van verschil over het bedrag van betaling, voor gepresteerden dienst moeten gedragen naar het
tarijf voor zijne visites; natuurlijke, tegennatuurlijke Instrument verlossingen enz. in elke Provincie door de Com
missie van Geneeskundig onderzoek en toevoorzigt, onder approbatie van de Gedeputeerde Staten te arresteren.
13.
Geen vroedmeester zal geenen Leerling mogen aannemen dan op vertoon aan denzelven van een bewijs dat hij bij
de plaatselijke Commissie van Geneeskundig toevoorzigt, of indien de vroedmeester in kleine Steden of ten platten
l^nde woonachtig is als dan bij de Provinciale Commissie van Geneeskundig onderzoek en toevoorzigt, als zodanig
erkend en ingeschreven is; als mede, indien dezelve reeds ten onderwijs bij andere zijner Kunstbroederen geweest
is, op vertoon van een getuigschrift van dezelfde goed zedelijk gedrag en geschiktheid door den vorigen vroed
meester afgegeven.
14.
Zoolang de leerling aan den Vroedmeester speciaal geattacheerd is. zal laatst genoemde beide getuigschriften on
der zich behouden ten einde dezelve, des gerequireerd, aan de Provinciale of plaatselijke Commissie te kunnen ex
hiberen; bij het vertrek van denzelven naar eenen anderen vroedmeester zal hij het bewijs van inschrijving aan den
zelven teruggeven en het bewijs van zedelijkheid en geschiktheid, verwisselen tegen een opnieuw door hem zelve te
geven getuigschrift aangaande het geen hem in beide opzigten van zoodanigen persoon zal zijn voorgekomen.
15.
De vroedmeesters zullen vermogen hunne leerlingen onder hun toezigt en verantwoordelijkheid verlossingen te la
ten doen, mits zij tenminste een Jaar voor afin het praktisch gedeelte der verloskunde onderwezen zijn en genoeg
zame kunde en bekwaamheid ten hunnen genoegen aan den dag leggen.
16.
Een vroedmeester ontwarende, dat zijn leerling heimelijk buiten zijn weten zwangere of barende vrouwen adsisteer-
de of verloste, 't zij dezelve zich daarvoor liet betalen, of niet of zelf geld toegaf, zal verpligt zijn, daarvan dadelijk
kennis te geven aan den President der Provinciale of plaatselijke Geneeskundige Commissie, waar onder hij be
hoort, met terugzending van het door denzelven afgegeven schriftelijk bewijs van inschrijving en voorts den schuldi
gen niet langer als Leerling bij zich te houden, maar van zich te verwijderen zonder getuigschrift van goed gedrag,
zullende bij verzuim daar van beschouwd worden als conniverende den zeiven in zijn wangedrag gestijfd te hebben.
17.
De vroedmeesters zullen bij hunnen admissie in handen van den President der Provinciale Commissie van Genees
kundig onderzoek en toevoorzigt moeten afleggen den navolgenden Eed:
Ik belove en zwere mijne kunst, ingevolge de gearresteerde Geneeskundige wetten en verordeningen hier toe be
trekkelijk zoo verre mij aangaat, allezins en altijd naar mijn vermogen en geweten te zullen uitoefenen. De gehei
men der Lijderessen, die in 't uitoefenen der kunst tot mijne kennis zouden komen en welker ontdekking tot schan
de of schade van dezelve of van anderen zoude kunnen verstrekken, nimmer aan iemand, dan aan den Regter, zoo
zulks gerequireerd wordt, te zullen openbaren, en mij in alles zoodanig te zullen gedragen als een regt geaarden en
menschlievend vroedmeester betaamt en verpligt is.
Bijlage III
Staat van Verlossingen, zoo moeijelijke, tegennatuurlijke als Instruments-verlossingen gedurende den
Jaare 1824
door F. Keller A. Obstetr. Doctr. te Zierikzee
1. Dirkje de Nooker Huisvrouw van Hendrik Voorn.
Bij mijne komst in den avond van 25 Februarij was de vrouw, die van een rigide, plethorisch gestel, moeder van een
talrijk huisgezin en ad terminum zwanger was, sinds enige uren kraamziek geweest en het Lamsvocht reeds ontlast:
- bij nader onderzoek bleek het mij, dat het ostium uteri reeds merkelijk was verwijderd en het hoofd zich in de 2de
positie der kruin aanboodt: - de dolores waren regelmatig gedurende den nacht en bewerkten, schoon langzaam, de
daling van het hoofd in het kleine bekken, buitengewoon echter was het hoofd reeds vroegtijdig gezwollen: in den
morgen van den 26st verflaauwden de weeën, de vrouw was koortsig, met een vollen harden pols, heet en sterk
dorstig; - waartegen eene V.S.R. Clysma Laxans in 't werk stelde en eene emulsio antiphlogistica toediende, waar
mede gecontinueerd wierdt tot in den avond, wanneer de dolores geheel en al agter bleven, de vrouw meer en meer
heet, dorstig en koortsig was; de genitalia heet, droog en gezwollen waren en het hoofd geene verdere inzakking se
dert 's morgensch, gemaakt had, terwijl hetzelve nu onbeweeglijk in het kleine bekken beklemdt was.
48