heid vaak de plaats aan, waar een oude dam of dijk heeft gelegen. De topografische kaarten geven veel informatie over de oude verkaveling. Hierin spiegelt zich de nederzettings- en ook de bedijkingsgeschiedenis af. Wanneer bv. de percelering plotseling van richting veran dert, kan dat veroorzaakt zijn door de aanleg van een dijk (zie fig. 1.). Lang opengebleven Hgl Een plotselinge verandering van de richting van de percelering kan wij zen op een vroegere dijk. fig. 2 De noordelijke inbraakkreek tussen Duivendijke en Nieuwerkerke is nog zichtbaar in de percelering door een langgerekte sloot en de zuidelijke door langgerekte gebogen percelen. kreken tekenen zich dikwijls ook in het verkavelingsgebied af (zie fig. 2.). Op de topografi sche kaarten staan ook kleine hoogten en laagten aangegeven. Sommige van deze hoogten kunnen resten van dijken zijn. Een laagte kan een weel zijn, en waar een weel ligt, moet een dijk geweest zijn. Ook veldnamen kunnen behulpzaam zijn bij het vinden van vroegere dijken of dammen. Op de topografische kaarten staat een aantal veldnamen vermeld. Een veel belangrijker bron hiervoor zijn echter de veldboeken van Schouwen. Hierin werden de percelen grond om- 6

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1982 | | pagina 8