soms aangespoeld hout. In een derde klas kist lag de overledene in een laagje krullen of
zaagsel waarover soms een laken was gespannen, onder het hoofd een kussentje. De goed
kopere kisten waren dichtgepekt en zwart geverfd, de duurdere kisten bleven blank.
Excessen met de derde klas kisten hebben wel plaats gevonden, soms liep het ,,liekwaeter"
over de schouders van de dragers, ook werd mij verteld, dat de dragers eens tot elkaar zei
den: Joenges deurloape, anders komt 't liek uut de kist", omdat de spijkers van de bodem
plaat het niet hielden.
De heer P. K. Bokelaar, lijkdienaar. tij
dens zijn werk als aanzegger in 1948 te
Brouwershaven.
(foto: eigendom (am. J. de JongeBrou
wershaven).
Het kisten
Het kisten vond plaats de avond voor het begraven, tenzij de arts, of de lijkdienaar vond dat
dit eerder moest gebeuren vanwege besmettingsgevaar of omdat het lijk niet goed meer was.
Het kostte dan soms moeite de familie over te halen, het lichaam moest zo lang mogelijk
,,in de röak van 't uus bluve", het moeizaam afstaan van het lichaam. De dode bleef in de
bedstee liggen, terwijl de rest van het meestal grote gezin in het warme dompige kamertje
verder leefde. Dat het kisten dan na drie dagen geen frisse aangelegenheid meer was. is dui
delijk.
In de loop van deze eeuw is men er toe overgegaan uit oogpunt van hygiëne om snel te
kisten, en wel de avond na het overlijden. De timmerman, welke na het overlijden gewaar
schuwd was, kwam zo snel mogelijk de maat van het lichaam nemen en begon meteen aan
zijn opdracht. Hij had hiertoe altijd hout in voorraad want vaak was het haastwerk, dat soms
31