klinieken voor chirurgie, obstetrie en gynaecologie te Utrecht, Dr. L. M. Metz tot 1913. en Dr. M. A. Ittmann, die te
voren drie jaren als operateur aan het academisch ziekenhuis te Leiden had gewerkt, en die bleef tot 1920.
Het is niet nauwkeurig bekend wanneer de gummihandschoenen (sedert de ingebruikne
ming ervan door Halsted in 189010) hier bij operaties zijn ingevoerd. Misschien heeft Dr.
Ittmann, in 1913 uit Leiden komend, hiertoe medegewerkt. Pas geruime tijd later vonden
ze ingang in de verloskundige praktijk. In de op 12 november 1911 gehouden vergadering
van de Nederlandse Gynaecologen Vereeniging bleken velen het gebruik van gummihand
schoenen niet altijd te waarderen of nodig te achten. Nog in 1919 raadde professor Treub
voor het inwendig onderzoek bij op syfilis verdachte vrouwen het gebruik aan van vinger
condooms, uiteraard na het steriel wassen. Bij gebruik van gummihandschoenen achtte hij
het tastgevoel van de vingertoppen minder goed. Nog in 1922 ried De Snoo het gebruik van
gummihandschoenen door de vroedvrouwen af, wegens de grote kosten, terwijl het steriel
wassen een even goede asepsis zou waarborgen11).
In 1913 kreeg het ziekenhuis een telefoonverbinding en werd zo bereikbaar voor spoedge
vallen. Inmiddels was het aantal verpleegsters toegenomen. Van de van 1914 tot 1918, tij
dens de Eerste Wereldoorlog in Zierikzee verblijvende Belgische vluchtelingengezinnen,
voornamelijk schippers uit Heyst en Antwerpen, die waren gehuisvest in barakken op de Ba
lie, zijn 7 geboorte-aangiften in de registers van de burgerlijke stand van Zierikzee gevon
den. In het ziekenhuis te Noordgouwe werden geboren 17 kinderen, waarvan 1 in 1914. 9
in 1915, 6 in 1916, en 1 in 1917. Levenloos geborenen zijn hierbij niet geweest.
Eén van de geboorte-aangiften - in 1916 - geschiedde door de vroedvrouw Antje Charmes, oud 24 jaar. Eerder, in
1911, werd nog een geboorte-aangifte gedaan van een kind uit Serooskerke door de vroedvrouw Antje van der
Wal te Noordgouwe, en later (in 1918) van een niet in het ziekenhuis verrichte bevalling door de 25-jarige vroed
vrouw Elisabeth Antonetta Rudolphina van der Heyde te Noordgouwe12).
De nog hoge sterftecijfers in de eerste twee levensfasen gedurende de jaren 1900-1918 wer
den reeds in tabel 3 getoond. Na het advies van de in 1902 gevormde gezondheidscommis
sie werd sedert november 1910 bij elke geboorte-aangifte het boekje De Verzorging van de
Zuigeling uitgereikt.
2. 1918-1940
Na 1918 veranderde allerwege en in meer dan één opzicht het leefpatroon, samen met de
technische vindingen van deze tijd. In 1920 kwam de eerste röntgeninstallatie in het zieken
huis; in 1923 volgde de eerste ziekenauto, die de overhuifde boerenwagen met paarden ver
ving. Daarna konden gevallen voor een spoedoperatie en ook barenden op althans enigs
zins verantwoorde wijze naar het ziekenhuis worden vervoerd. Maar de verloskunde bleef
toen in hoofdzaak nog een huiselijk gebeuren.
De economie in deze tijd leefde iets op, weliswaar nog niet direct ten voordele van de „wer
kende klasse", maar door de opkomst van het socialisme daagde hier verbetering. Toen
kwamen ook de ziekenfondsen, na de vroegere zogenaamde „ziekenbussen". Als eerste
werd het ziekenfonds Zierikzee gesticht.
In december 1918 nam mejuffrouw D. J. W. de Haas uit Bergen op Zoom, sedert 1920 de
echtgenote van het schoolhoofd de heer G. H. Breetvelt, de functie over van mevrouw M. A.
Ënzlin-Steketee (toen nog „de juffrouw" genaamd), na haar opleiding aan de vroedvrouwen
school te Rotterdam13). Zij behandelde als gemeente-vroedvrouw in hoofdzaak de mensen
met een bescheiden inkomen. Daarnaast voerde ze met jonge energie een eigen praktijk.
Bij moeilijke gevallen kon ze één der hier praktiserende huisartsen in consult vragen, die
54