Schouwen en Duiveland scheidde, en de ..Creka", hoogst waarschijnlijk de zojuist beschre ven kreek langs de zuidelijke oever waarvan Zierikzee ontstond, aan weerszijden van de Meelstraat. Bedoelde „aecclesia" behoorde in 976 de Sint-Baafsabdij te Gent toe, vandaar het patrocinium van Sint Livinus, wiens verering sedert het begin der 11de eeuw door de monniken van Sint Baafs met kracht werd gepropageerd. Dekker wees er evenwel op dat Sint Livinus nimmer heeft bestaan, doch door Sint Baafs werd uitgevonden" teneinde be ter te kunnen wedijveren met de van relieken veel rijker bedeelde Sint-Pietersabdij, even eens te Gent. Het gebeente van deze Livinus werd den volke het eerst in 1007 vertoond tij dens een daartoe zorgvuldig voorbereide „translatio". Wiens gebeente het in werkelijkheid was, en waar dit aanvankelijk begraven lag, is een goed bewaard geheim gebleven. De aecclesia" te Zierikzee zal derhalve voorheen een andere patroon hebben bezeten, over wiens naam men slechts gissingen kan doen. De tufstenen basiliek bestond in 976 uiteraard nog niet zodat de „aecclesia" een heel wat bescheidener bouwwerk geweest zal zijn, vermoedelijk uit hout opgetrokken, waarvan de overblijfselen zich nog in de bodem onder de Nieuwe Kerk zouden kunnen bevinden. Het zou ons niet verbazen indien de bouw van de, voor die tijd indrukwekkende tufstenen basiliek ten nauwste samenhing met de verwerving van de voorheen Sint Baafs te Gent toe behorende kerk, met nog een reeks andere bezittingen en rechten in en om Zierikzee, door de graven van Holland, in het bijzonder Dirk VI (1121-1152). Van veel betekenis is, dunkt Afb. 6. Boomkistgrciven, aangetroffen onder het koor van de laat-gotische kerk, wellicht daterend uit de 10de eeuw, gezien uit het noordwesten. Foto R.O.B. 48

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1984 | | pagina 50