dersteld. Ook al hebben de standvastige „Duivelanders" flink in de beurs moeten tasten, hun gehuldigde principes mochten op die manier onaangetast blijven. Op die wijze toonden de „lijdelijke" en piëtistisch gestemde vromen bijzonder „vrijgevochten" te zijn. Hun ge loofsbeleving is hun heilig. Vele jaren vormde het bakstenen kerkje onderaan de „Oosterlandse dijk" hét onderkomen voor talrijke gereformeerden. Het is binnen deze muren, dat een konsolidatieproces op gang kwam. Na alle ups and downs is het de gemeenteraad van Oosterland, die publiekelijk haar fiat geeft aan de „Kruisgezinden" om voortaan ongestoord samen te komen. De raads- notulen melden dat hij met algemeene stemmen Sterkenburg verlof heeft gegeven tot het houden van Godsdienstoefeningen in gezegd gebouw". De scribent zal tijdens het ma ken van deze aantekening een veelbetekenende glimlach niet hebben kunnen onderdruk ken. Epiloog We begonnen dit artikel met het noemen van de namen van twee „grote" boeren in Duive- land, die mede richting hebben gegeven aan de regionale „Afscheiding". De hoofdpersoon Dirk van Farowé mochten we uitgebreid op de voet volgen. Boudewijn Bakker bleef echter in zijn schaduw. Van hem is weinig meer bekend, dan dat hij in de Bruinisser gemeente de rol van „oefenaar" heeft vervuld. Dat hij op die wijze wel degelijk een rol van betekenis heeft gespeeld, kan niet ontkend worden. Wij zijn ons ervan bewust veel bruikbare gege vens ongenoemd te hebben gelaten. Het was dan ook niet de bedoeling om meer dan een „inkijk" te geven in wat er in de periode 1835-1850 op ons (schier)eiland kerkelijk heeft plaatsgevonden. Omstreeks 1850 waren de kerkelijke kaarten dusdanig geschud, dat de toen ontstane verhoudingen konden doorwerken tot op de dag van vandaag. Ten overvloe de nog deze opmerking, dat Ds. Pieter van Dijke te Sint-Philipsland naderhand een grote rol is gaan spelen op de dorpen Bruinisse, Oosterland en Nieuwerkerk. Zijn optreden deed aanvankelijk nieuwe konventikels ontstaan, die konden uitgroeien tot de zgn. „Ledeboeri- aanse Gemeenten"! Naderhand is er vanuit de „Kruisgemeente" te Oosterland een flink aantal gemeenteleden overgegaan naar de Dijkiaanse richting. Hierover zou op zich al een uitgebreid artikel te schrijven zijn, maar dit valt buiten het bestek van het bovenstaande! Alle Schouwen-Duivelandse kerken en „gemeenten" met „Gereformeerd" in hun vaandel zullen dit najaar elk voor zich (maar waarom eigenlijk ook niet eindelijk eens samen?) „De Afscheiding" gedenken. Naast het vele goede dat anderhalve eeuw „Afscheiding" heeft mogen opleveren, blijft nog deze vraag open wat of er tot dusver terecht is gekomen van de wens tot „Wederkeering", die men destijds heeft uitgesproken. Een terugkoppeling naar de Belijdenis der vaderen van Dordrecht kan immers niet de bedoeling hebben gehad van een opsplitsing in richtingen, hoe menselijk wij van nature daartoe geneigd zijn? Moge het „gedenkjaar" 1984 dan ook aanleiding zijn tot uitwisselingen en het aangaan van nadere kontakten plaatselijk een regi onaal om te leren ontdekken dat Jezus Christus onze menselijke geloofsbelevingen over stijgt en ons samenbindt om „geloof-waard-ig" Kerk te zijn, bezielend en wervend! 83

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1984 | | pagina 85