De kooi dient om waterwild, speciaal wilde eenden, slobeenden, pijlstaarten, smienten, ta
lingen - en in slechts enkele kooien - kuif- en tafeleenden te vangen. Dit vangen gebeurt
d.m.v. „staleenden", dit zijn inlandse „afgekooide" eenden, d.w.z. eenden die zich niet
meer bij of in de vangpijpen wagen. Ze hebben hiermee slechte ervaringen gehad en zijn
vangschuw of „afgekooid". Deze eenden verblijven overdag in de kooi, vliegen 's avonds uit
en fourageren 's nachts her en der. 's Morgens komen ze weer naar de kooi terug en bren
gen wilde eenden van de voedselplaatsen mee naar de kooi. Een goede kooi heeft soms wel
meer dan 1000 staleenden. Dan zijn er nog de lokeenden, die door hun gekwaak overvlie
gende eenden aanlokken, zodat deze wilde eenden in de kooiplas neerstrijken. De geheel
tamme lokeenden komen op het in de pijpen geworpen voer af. De wilde eenden worden
door een daartoe door de kooiker afgericht hondje in de pijpen gelokt en daarna in de vang-
korf gevangen.
Behalve het vangen van eenden had(en heeft) een eendenkooi ook zeker een natuurbe
schermingsfunctie. Door de heersende rust buiten het vanggedeelte kunnen veel vogelsoor
ten er ongestoord broeden.
Kooiker werden boeren of boerenzoons, daarna ging het beroep veelal over van vader op
zoon. De kooiker werd beschouwd als de uitoefenaar van een zelfstandig beroep en had
soms een zeker aanzien, daar hij nogal eens de belangen van ambachtsheer of landeigenaar
behartigde.
Eendenkooien zijn er al lang in Nederland en men kan wel zeggen dat Nederland de baker
mat van de eendenkooien is. Reeds omstreeks 1450 is er sprake van eendenkooien. Per
soonsnamen als Kooiman, Kooistra, Van der Kooi zullen in veel gevallen het kooikersvak
als oorsprong hebben, daar dit een veelvoorkomend beroep was. In streek- en wegennamen
is het woord „kooi" terug te vinden, zoals b.v. het vliegveld „De Kooi" bij Den Helder en
Kooymansweg bij Renesse. Het aantal kooien in Nederland heeft vermoedelijk ooit meer
dan 1000 bedragen. Thans zijn er nog 118 geregistreerde kooien in Nederland, waarvan 4
in Zeeland. Van de 2 op Schouwen-Duiveland geregistreerde kooien ligt de ene bij het Wa-
86