tergat onder de duinen te Renesse, de andere in het natuurgebied „De Maire" bij Ooster- land. Buiten de hierboven genoemde kooien zijn er nog 3 eendenkooien op Schouwen- Duiveland geweest, nl. in Haamstede (Westerse Laagte), Ellemeet (Lockerspolder) en Oosterland (aan de Guile tussen Oosterland en Viane). Alle eendenkooien op Schouwen- Duiveland zijn door particulieren aangelegd in de jaren 1888-1895. In die tijd werden er ho ge prijzen betaald voor waterwild, vooral in Engeland waarheen veel wild werd geëxpor teerd. We zullen hun geschiedenis en die van hun kooikers afzonderlijk beschrijven, te be ginnen bij: De eendenkooi in de Westerse Laagte te Haamstede Rond 1890 vestigde een zekere Johannes van der Giessen uit Rozenburg (ZH.) zich te Haamstede. Van der Giessen kreeg van het Rijk, eigenaar van de Domaniale duinen in Haamstede, vergunning om in samenwerking met Jozias Wemelsfelder uit 's-Gravenzande in de in die Domaniale duinen gelegen Westerse Laagte een eendenkooi aan te leg gen en een woonhuis van flinke afmetingen met schuur voor de toekomstige kooiker te bouwen. Van der Giessen vestigde zich op 21 augustus 1891 als „kooiman" in de Westerse Laagte, no. 167a. Bij de aanleg van de een denkooi werd waarschijnlijk gebruik gemaakt van de natuurlijke gesteldheid van het ter rein, een bestaande, door wat bos omgeven plas. De kooi met 4 pijpen werd aangelegd in de traditionele vorm van het eikapsel van de rog. Het recht van afpaling van de eendenkooi in de Gemeente Haamstede werd bij besluit no. 45 van Gedeputeerde Staten van Zeeland van 20 november 1891 bepaald op 500 m. uit het midden van de kooi. Dit recht moest met minstens 8 palen van 2 m. hoog worden aan gegeven. Met Van der Giessen kwam hoogstwaarschijnlijk mee de uit Puttershoek afkomstige polderjongen-grondwerker Teunis Rosmolen (1866-1943) om met zijn ervaring in grond werken de kooi te helpen aanleggen. Deze Teunis Rosmolen huwde op 19 mei 1893 met Janna Groenleer uit Burgh, dochter van Cornelis Groenleer en - zeer toepasselijk -, Jacoba Kooyman. Na Van der Giessen werd Teunis Rosmolen kooiman op de eendenkooi in de Westerse Laagte. Dit valt o.m. af te leiden uit een op 31 augustus 1893 door de toenmalige Burgemeester van Haamstede, M. Bolle, afgegeven „certificaat van goed gedrag" aan T. Rosmolen, van beroep kooiman. Deze verklaring van goed gedrag was nodig voor het ver krijgen van een aanstelling als onbezoldigd rijksveldwachter. T. Rosmolen werd op 24 okto ber 1893 door J. W. van Loon, brigadecommandant der Rijksveldwacht te Brouwershaven als onbezoldigd rijksveldwachter aangesteld en als zodanig beëdigd door de kantonrechter te Zierikzee op 26 oktober 1893. Op 27 oktober 1893 schrijft Rosmolen aan Van Loon te Brouwershaven, dat de beëdiging heeft plaatsgevonden. Veel kooikers op Schouwen- Duiveland zijn n.l. tevens jachtopziener geweest en voor de functie was een aanstelling als onbezoldigd rijksveldwachter vereist. Ook kooiman Rosmolen was jachtopziener. Het ruime Vervallen eendenkooi in de Westerse Laagte te Haamstede (top. kaart 1972) 87

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1984 | | pagina 89