De kooikers De eerste kooiker werd Leendert de Gids, geb. 5 juli 1861 te Asperen; deze kwam uit Maas dam en vestigde zich in mei 1892 te Renesse, no. B 74 (kooihuis). Na het vertrek van De Gids kwam op 30 juli 1900 kooiman Teunis Rosmolen uit Haamstede naar de kooi te Renesse. Hij pachtte kooi en kooihuis voor f 300,— per jaar van de fam. Van der Lek de Clercq. Het pachtcontract liep tot 1917. Kooiker Rosmolen was ook hier te vens onbezoldigd rijksveldwachter en werd hiervoor beëdigd in juli 1901. afb. 5. Het kooikersgezin Teunis Rosmolen voor het kooikershuis bij de Oude Hoeve te Renesse in 1904. De kinde ren zijn v.l.n.r.: Dirk. Comelis en bij moeder op schoot. Jacoba. In najaar en winter, wanneer de reetjes waren ondergelopen en het niet vroor, moesten de gevangen eenden eerst per boot worden vervoerd. Op droge grond aangekomen, bracht de kooiker de eenden dan verder per kruiwagen naar Renesse. Om de wateroverlast enigszins te beperken werd de Oosteren Banpolder bemalen door een veelbladige Amerikaanse wind- 91

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1984 | | pagina 93