ken. Bovendien worden ingetrokken de weermachtsindustrieverloven van het personeel, in gedeeld bij de luchtdoelartillerie, luchtdoelmitrailleurs, de luchtstrijdkrachten, de zoeklich tafdelingen en de zeemacht."5) Als reden werd opgegeven de onzekere internationale toestand zoals die naar het oordeel van de regering en de militaire autoriteiten op dat mo ment bestond, „ook al bestaat er niet in het bijzonder een dreiging ten aanzien van ons land."6) De sedert eeuwen door de geografische ligging in het isolement gedrongen eilandbewoners lieten zich deze laatste geruststellende woorden gemakkelijk aanleunen. De belangstelling voor zaken buiten het eiland was nooit bijzonder groot geweest. De overigens niet geringe zorgen van alledag beheersten meer het denken en doen van mensen dan een oorlog in lan den voorbij de tweede grens". We zullen de verleiding moeten weerstaan om over het voorgaande een politiek-moreel oor deel uit te spreken. Te veel al is de geschiedenis van strijd en bezetting geschreven vanuit het perspectief van goed en kwaad. Te weinig is dit verleden met zijn zo breekbare actuele herinnering beschreven vanuit het geestelijk perspectief van de spelers zelf. De Jong zegt hierover terecht: „Wie, als later levende, aan het gebeurde van vroeger louter de maatstaf aanlegt van de voldragen historische kennis, reduceert de geschiedenis tot een reeks van ongerijmdheden".7) Uitgangspunt van elke beoordeling - ook die van de gebeurtenissen in de meidagen van 1940 op het vliegveld Haamstede - behoort te zijn dat we het historisch gebeuren in een be paalde tijd moeten trachten te zien door de ogen van hen die toen verantwoordelijkheden droegen, in welke vorm en mate ook, en ons vervolgens afvragen wat zij wisten, wat zij kon den weten en welke alternatieven zij hadden. Als we op deze wijze het historisch gebeuren opnieuw hebben „bedacht", kunnen we binnen de context van onze huidige kennis een ver klaring geven. Het is mogelijk dat zo'n verklaring dan tevens een beoordeling inhoudt. In zijn boek „Historical Inevitability" zegt Isiah Berlin: „When, in fact there is strong evidence to show that it was difficult or impossible for men to do otherwise than they did, given their material environment or education or the influence upon them of various 'social pressures' we continue to praise and to blame".8'* Maar als na afloop van een hevig bombardement op zaterdag 11 mei de bewakingstroepen van het vliegveld in wanorde en volkomen in paniek hun stellingen verlaten vanwege het ge rucht dat Duitse parachutisten in de duinen zijn geland „who is there to praise or to blame"?** Wanneer we ons in het vervolg van het verhaal louter beperken tot het historische gebeuren op en om het vliegveld Haamstede, dan zullen we niet verder hoeven te gaan dan het in chronologisch geordende vorm weergeven van de feiten. Feiten zoals ze vermeld staan in de gevechtsberichten, velddagregisters en dagboeken van de toenmalige bevelvoerende officie ren. We zullen aan deze observaties van de spelers zelf weinig meer toevoegen. Als er in feite sterke aanwijzingen zijn, die aantonen dat het moeilijk of onmogelijk was voor mensen anders te handelen dan zij deden, gegeven hun sociaal-economische omstandigheden of scholing, of de invloed op hen van verscheidene vormen van 'maatschappelijke druk' blijven wij maar doorgaan met prijzen en beschuldigen". wie is er te prijzen of te beschuldigen? 118

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1985 | | pagina 120