bespiegelingen Niet zóó warm hier.zegt men tegen de bewoners. En de brave mensen antwoorden u, dat het er verleden vrijdag een stuk heter was. Tja, en drie meter over de weg, aan de andere kant, ligt Het Hemeltje, waar geen mens is, omdat ze aan 't oogsten zijn in De Hel. Het is een klein boerderijtje, verscholen onder de acacias vergroeid in de wilde groene wingerd en een hoog perk oranje leliën. Op een blik- semkale boom er achter zitten alle spreeuwen van het eiland doodstil en zwart tegen de he mel. 't Schijnt, met de rozenranken en de harmonica in De Hel en deze van den duivel beheksten dooden boom in Het Hemeltje, of de wereld ietwat in de war is geraaktDe keuze is moei lijk. Ik zou mijn feesten willen geven in De Hel, en mijn vredig leven willen eindigen onder de stille, fijnbladerige acacia 's van Het Hemeltje, 't Is echter, zegt men, één hofstede. Het hoort bij elkaar. De boer woont op De Hel, zijn zoon in het betere gewest. Later ruilen ze. En zo voorts. Er valt veel te overpeinzen in de schaduw van deze acacia Landelijke rust bij ,,'t Hemeltje" (foto ca. 1940 coll. J. van der Slikke). Zo beschreef J. W. F. Werumeus Buning in 1942 in Ik zie, ik zie wat jij niet ziet, zwerftoch ten door ons land, „De Helle" en ,,'t Hemeltje" op Schouwen, toen hij van Renesse naar El- lemeet wandelde. Uit zijn verhaal blijkt dat hij meer de sfeer beschreef, dan de historische werkelijkheid schetste. Nu, meer dan veertig jaar later, bevindt zich in Noordwelle (gemeente Westerschouwen) een 22

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1985 | | pagina 24