KAART 4 Kapelle werd gevormd door de Middeldijk. De oudste veldboeken vermelden: „de cade die men plag te gaan". Reeds begin 1600 is er sprake van „de Middeldijk, die nu straatweg is". Door de aanleg van de Stenen dijk in 1610 zal de verbinding tussen Zierikzee via het doq^ Kapelle naar Nieuwerkerk, Oosterland en Bruinisse deze bestrating noodzakelijk gemaakt hebben. Het Oude Nieuwland Kort na het jaar 1200 werd aan de oostzijde van het oude eiland Duiveland het Oude Nieuwland bedijkt. De Rampaeitse dijk werd de oostelijke zeewering. Zowel de ban Nieu werkerk als de ban Ouwerkerk hadden recht op deze aanwas. Een smalle restgeul uit het schorstadium, de Noordzinkvliet16) en de Zonnemansweg fungeerden als ambachtscheiding en zelfs tot 1961 als gemeentegrens. De brede restgeul werd benut voor de waterafvoer. Tot de inpoldering van het poldertje Klein Beijeren bij Viane mondde deze kreek, de ee, uit in de zee via een sluis, De Oude Sluis. Het noordelijk gedeelte van de ee ging ter hoogte van het doip Nieuwerkerk over in de Muye 17). Deze naam leeft thans nog voort in de Muyeweg. Ambachten en vierschaarsambachten bannen Omstreeks het jaar 1000 was het bezit in Zeeland in hoofdzaak in handen van de koning en een aantal abdijen in Vlaanderen 18). Aan het eind van de twaalfde eeuw is het koningsgoed grotendeels verdwenen, ook het grafelijk bezit is dan nog slechts gering. De bezittingen van de abdijen zijn sterk ingekrompen. Het is nu een machtige categorie van personen, die de meeste gronden in bezit heeft: de ambachtsheren ,9). Zij zijn in de dertiende eeuw de dragers van het overheidsgezag, ambtenaren van het openbaar bestuur. Zij gedragen zich ook 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1986 | | pagina 15