opkomend vloedwater was te gering om op rendabele manier een molen te laten werken. Een spuiboezem die niet geheel kan leeg lopen, is natuurlijk ook eigenaardig. Dat men het hele oostelijke stadsdeel vol liet lopen met zeewater is eveneens vreemd. Over een omkade houwer in dit stadsgebied wordt echter niet gesproken. Schels van cle kreek in Zierikzee ingericht voor het spuien van de haven na 1584. Zie o.a. de houwer met twee du ikers en de beren in de noordelijke stadsgracht. De spuiboezem bestond uit de Schuithaven, Zwemhaven, de huidige Brakke gracht en de Houiver. Spuisysteem met houiver, van 1584 tot 1872 Een grote handicap voor de economie van Zierikzee was, dat de haven steeds meer dichtslibde. Een belangrijke oorzaak hiervan was natuurlijk, dat de uitgangen van de haven naar het open water erg lang waren. Men kon omstreeks 1600 nog wel via de Gouwe naar de Oosterschelde varen en via het Dijkwater naar de Grevelingen, maar deze kreken hadden toch wel veel last van opslibbing. En had men ook niet te veel het spuien van de haven ondergeschikt gemaakt aan het binnenscheepvaartverkeer? Een echte, grote spuiboezem bezat Zierikzee in deze tijd niet. In de tweede helft van de 16e eeuw begon men echter ernstige plannen te maken om de toegankelijkheid voor schepen van de Zierikzeese haven te verbeteren28). In 1534 stelde Zierikzee de graaf reeds voor, de 36 gulden pacht van de watermolen te mogen besteden voor het maken van een havenhoofd26). De bedoeling zal geweest zijn het dichtslibben van de haven tegen te gaan. Men verwachtte van dit hoofd blijkbaar een groter effect dan verkregen werd met het via de watermolen uitstromende water. In 1564 gaf Koning Philips II toestemming aan de stad om aan de Maye bij Dreischor, dus aan de uitmonding van het Dijkwater, twee dammen te leggen om de uitschuring van de vaargeul te bevorderen. Dit had geen succes en twee jaar later werden ze alweer opgeruimd. In 1579 werd een plan ontworpen een visserijhaven te maken met twee havenhoofden ten zuiden van Borrendamme, dus aan de Oosterschelde. Dit plan is niet uitgevoerd; men wilde de haven blijkbaar in de stad houden. In 1584 werd een grote spuiboezem of houwer ten noorden van de stadsgracht, tussen de Zuidwelle- en de Nobelpoort, gemaakt. Deze had echter geen voldoende effect. In 1589 was er nog een plan om de stadshaven, de Gouwe en het Dijkwater te verbeteren. Dit plan werd niet uitgevoerd. In 1674 kwam dit plan opnieuw aan de orde. 6. Beren in de gracht 7. Dam met sluis 1Oude Haven 2. Schuithaven 3. Zwemhaven 4. Brakke gracht 5. Houwer 45

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1986 | | pagina 49