beginnen, maar die traditionele kennis was nog niet zo in hem vastgeroest dat hij er niet onderuit kon. De lessen in ramistische filosofie die hij bij Snellius had gevolgd, hadden hem voor een volledige acceptatie van het overgeleverde denken behoed. In Zierikzee was geen omgeving aanwezig om hem alsnog in het traditionele vaarwater te brengen, en er was ook geen gezelschap voorhanden dat zijn afwijken van de aristotelische opvattingen in discussies meteen had kunnen afstraffen. Nieuwe voorstellingen, die het bestaande systeem op bepaalde punten tegenspreken, verkeren altijd in het nadeel, omdat ze kracht van de systematiek nog missen. Vandaar bijvoorbeeld dat in de universitaire wereld - ook in Leiden het aristotelische systeem zo lang dominant is geweest. Onderwijs legde namelijk toentertijd meer nadruk op systematiek en orde dan op inhoudelijke vernieuwing van onderdelen. De afwezigheid van een kritische, in traditionele kaders denkende omgeving maakte mogelijk dat Beeckman zijn ideeën vrijelijk ontwikkelde en zij gaf zijn denken voldoende ruimte om ze te ontwikkelen tot een alternatief "systeem". Op grond van dergelijke overwegingen kunnen we tot de slotsom komen dat het al met al toch niet zo vreemd is geweest dat de eerste beginselen van de nieuwe mechanistische natuurfilosofie in het tweede decennium van de zeventiende eeuw zijn gaan dagen bij een ontwikkelde ambachtsman in het ietwat afgelegen Zierikzee. 72

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1986 | | pagina 76