„De Noordzee", Dam B 361
(nu nr. 17) ca. 1930. Stokvis,
groentenprimeurs en delicatessen.
In de deuropening L. de Oude,
op de stoep met fiets K. de Oude
foto in bezit K. de Oude).
sprake gebracht voordat de bestelling kon worden genoteerd. Het gesprek werd beëindigd
met: „Kom, ik ga m'n padje korten, want met hier te zitten en niets meer te verkopen, daar
kan m'n schouwtje niet van roken". De bestellingen werden per bodedienst - de vrachtrijder -
thuisbezorgd. Ieder dorp had zijn eigen bodedienst, die voor de plattelandsbevolking
boodschappen deed in de stad. Bij de winkeliers werden briefjes bezorgd, met daarop de
bestelling. Die werd in de loop van de dag bij de bode afgegeven. De bodediensten uit
Duiveland hadden hun standplaats bij het Duivelands Koffiehuis aan het Kraanplein; de
paarden werden gevoerd in de stalling achter de firma Korsten. Die uit Brouwershaven,
Zonnemaire en Dreischor stonden op de Schuithaven, waar het Huis van Nassau aan de
Lange Nobelstraat dienst deed als bodehuis, waar ook de paarden werden gestald. De bodes
uit de Westhoek stonden aan de Balie waar het Herenlogement of het café Schouwens
Welvaren als contactadressen fungeerden.
Een niet minder belangrijke schakel in het handelsverkeer waren de beurtschippers en de
stoombootdiensten. De goederendienst „Koophandel" had drie motorboten tot zijn
beschikking, die voeren op Dordrecht en Rotterdam. SchipperJ. van Duivendijk voer met een
motorboot naar Middelburg. De stoombootdienst van de Rotterdamsche Tramwegmaat
schappij zorgde voor het vervoer van vrachtgoed. „De Stad Zierikzee" voer in 6 uur naar
Rotterdam. Op de voorplecht stonden de vaten brood- en beschuitgelei van „Zeelandia"; in
117