Als schipper van de schokker „Z.H.R.M. no. 2", die als onderscheidingsteken een rode vlag met witte bol voert, zien we Marinus Braam met een bemanning van vier matrozen en een jongen. Het beheer van de boot wordt opgedragen aan de commissionair H. W. H. van Maenen. Zes jaar tevoren had deze al geadviseerd tot plaatsing van een boot bij de vuurtoren van Renesse, toen afgeraden door De Kater. Martens, in het najaar van 1849 op inspectiereis naar Schouwen, met als doel een punt voor een reddingboot te bepalen, vindt nu toch ook Renesse geschikt. Na verkregen toestemming van het Ministerie van Marine, waaronder de vuurtoren ressorteert, en de Centrale Directie van het Waterschap Schouwen gaat in het vroege voorjaar van 1851 de „Francis Patenf'-boot, gemaakt van ijzer, naar Renesse. Aanvankelijk onder toezicht van vuurtorenopzichter luitenant Heyning, na mei 1851 van Van Maenen in Brouwershaven. De boot moet worden bemand door de opvarenden van de „Z.H.R.M. no. 2", speciaal wanneer de schokker door ijsgang niet kan uitvaren. De zaken te Zierikzee gaan intussen niet geheel naar wens. Schipper Regoort moet maandelijks zijn journaal naar Rotterdam opzenden en buitengewone voorvallen direct aan de Directeuren van de Maatschappij melden, omdat de rapportage van agent Le Sage ten Broek te wensen overlaat. Ook schijnt de schokker aldaar tegen de Orders in iedere zondag binnen te zijn in plaats van om de andere zondag. Bovendien verkeert de schokker in slechte staat, wat de Directeuren doet besluiten tot publieke verkoop van dit schip. Op 5 augustus 1851 gaat de schokker voor 500 gulden van de hand. Schipper Regoort gaat over naar Brouwershaven na het vertrek van Braam. Lang duurt diens werk op de schokker „Z.H.R.M. no. 2 niet, want in november 1851 strandt nota bene deze boot tegen de dijk van de Palsgravepolder bij Brouwershaven! Regoort, het jaar tevoren nog begiftigd met de zilveren medaille van de Maatschappij plus getuigschrift wegens de redding van in totaal 20 schipbreukelingen, wordt verweten onvoldoende voorzorgen te hebben genomen (er is De loodskotter Carolinavan kapitein W. A Bowbyes 1826-1901Schilderij van Jan B. B. Koekkoek. (CollectieJ. Schot BWzn., Zierikzee.) 18

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1987 | | pagina 20