van de maatschappij „Telegraaf' aan, alsmede enige mosselboten met vluchtelingen uit Antwerpen en Mechelen. Enkelen van hen stapten aan de wal om in Bruinisse verblijf te gaan houden. Het merendeel vertrok per „Telegraaf' verder naar Rotterdam en Amsterdam. Zeeuws-Vlaanderen zat in de maand september 1914 al overvol met Belgische vluchtelin gen. De toeloop van Belgen naar Nederland was enorm. Vanaf 7 oktober kwamen er dagelijks honderdduizenden in Brabant aan. In de loop van dat jaar waren er ruim één miljoen in Nederland aangekomen, te weten 506.000 via Brabant, 450.000 via Zeeland en 100.000 via Limburg. Volgens het verslag van de Centrale Commissie, belast met de opvang, werd begin oktober 1914 in 831 van de 1120 gemeenten huisvesting verleend aan 719-000 vluchtelingen. 410.000 in 176 gemeenten in Noord-Brabant 156.000 in 103 gemeenten in Zeeland 57.000 in 122 gemeenten in Zuid-Holland 34.000 in 90 gemeenten in Noord-Holland 28.750 in 96 gemeenten in Limburg 12.800 in 66 gemeenten in Gelderland en 20.550 in de overige provincies. Deze toestand was van korte duur. Reeds in november 1914 had een groot deel van de vluchtelingen Nederland verlaten om naar Engeland over te steken of naar België terug te keren toen het krijgsgeweld daar ten einde was. Opvang In de week van 4 tot 10 oktober 1914 kreeg ook Zierikzee en omliggende gemeenten een aandeel in de stroom vluchtelingen. Vrijdagsmiddags kwamen er met de boot uit Middelburg een honderdtal aan en 's avonds per tram in zes volle wagons nog eens een paar honderd, waarvan het grootste gedeelte in Zierikzee uitstapte en de rest doorging naar andere gemeenten. Zij werden naar de Concertzaal geleid, waar brood en koffie werd uitgereikt. Vervolgens werden ze ondergebracht in onder meer hotels en bij partikulieren. Begin oktober verbleven ruim 2000 vluchtelingen binnen onze stad. In de Concertzaal werd een gedeelte afgeschut om als noodziekenverblijf te dienen. Alle Vlaamse vluchtelingen werden in de Grote Kerk ingeënt tegen pokken. Inmiddels was in Zeeland een „Provinciaal Comité" tot hulpverlening aan de vluchtelin gen gevormd. Men deed een beroep op alle ingezetenen van het eiland, om deze arme mensen te huisvesten en zo mogelijk te voeden. Men kon meewerken op verschillende manieren: 1. door vluchtelingen kosteloos te huisvesten, 2. door opneming tegen betaling, 3- door het geven van ledikanten, matrassen, dekens, enz. en 4. door het toezeggen van een geldbedrag. Zierikzee werd in dit comité vertegenwoordigd door W. C. de Crane Sr. Eind november 1914 werden Zeebrugge, Heist en verder de gehele Belgische kust vanuit zee door de Engels-Franse vloot hevig beschoten. Vele haveninstallaties werden totaal vernield. De bevolking van die kustplaatsen werd aangeraden hun huizen te ontruimen en te vertrekken. Enige gedeelten van Heist en Zeebrugge stonden na de aanval in brand. Die beschieting door de vloot maakte een enorme indruk op de bewoners. Velen vluchtten richting Knokke en verder. De vissers uit die plaatsen weken in eerste instantie 84

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1987 | | pagina 86