bekende figuur, die zich met het herdopen bezighield, was Bernard Huyghe 1845-1942), beter bekend als „Leitje". Lang is de lijst van bijnamen in Heist. Enkele voorbeelden: Antje van de Zwartens, Beeste, Biel (Natte), Bollevet, Davied (Sissen), Draaier, Fleister, Gatje, Guutepa, Jantje zonder haar, Kakkediekeda, Karre, Kluts, Kromme Koolstok, Lachertje, Mageren, Naaikoker, Pallewas, Pannekoeke, Poepeschete, Potas, Ruus, Sarlewietje, Sissenkoo, Sissenmakke, Vansensiaons, Woste, Zatten André en vele anderen. Toen de vluchtelingen nog maar een paar maanden in Zierikzee gearriveerd waren, kregen verschillende jongemannen een oproep om naar het front te gaan. Zo vertrok op 25 november 1915 per spoorboot naar Middelburg, om vandaar via Vlissingen naar Engeland en Frankrijk te gaan: Karei Frans Ceijfs van de hier liggende vissersboot H.32. En op 1 december 1915 vertrok van hier via dezelfde route M. Dejaeger-Dobbelaere met een kind van vier jaar oud en Augustinus Josephus van Dierendonck (Stientje van de Zwartens) van de H.62, eveneens om naar het front te gaan. De kosten van de reis werden gedeeltelijk vergoed door het „Comité Zierikzee tot hulpverlening aan vluchtelingen". Verblijf De vissersbevolking moest een tijd lang met hun grote gezinnen op hun scheepjes vertoeven. Dit bracht vaak veel ellende te weeg. Het kwam vaak voor dat kleine kinderen 87

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1987 | | pagina 89