was zijn gebit ook kwijt. Hij schreef een rapport en een paar dagen later moest ik bij de Ortskommandant komen. Die was gauw klaar met het gevalvolgens hem was het die militair zijn eigen schuld. Had hij maar niet op een rijdende tram moeten springen. En vooral nog met een fiets. De Beweging en wat dies meer zij. Er zat wel eens een N.S.B.-er in de diensttram naar Haamstede. Soms maakte hij ruzie met een paar uit Zierikzee. „Ze moeten niet aan de Beweging komen,zei hij dan. Ik zei nooit wat terug, maar ik dacht zooveel meer. Ook tegenover de militairen hield ik me steeds op de vlakte. Ik keek wel uit. Johan naar Duitsland. Alle mannen tussen de 20 en 40 jaar moesten in Duitsland gaan werken. Johan moest ook. Met de andere mannen van Brouwershaven liep hij in de vroege avond van 20 december 1944 naar Scharendijke. Ik fietste hem nog achterna met een winterjas. Om achtuur was het vee, zal ik maar zeggen, ingeladen en kon de boot vertrekken. Toen ik weer thuis was, dacht ik meer dan ik zei. Granaten en eenmansgaten. In Brouwershaven was een schip met granaten aangekomen. Het lossen begon op le Kerstdag 1944. De Weermacht liet ons maar één granaat tegelijk dragen: de projectielen waren nogal zwaar en we mochten ze beslist niet laten vallen. Toen het hele spul in het tonnenmagazijn lag, moesten we eenmansgaten gaan graven op al de binnendijken totDreischor toe. De tram reed niet meer, maar het ging de goeie kant op, dat zag ik wel. Afvoer van delokomotieven van de tram op last van de Duitsers, Brouwershaven, 1943 (Uit: M. E.Jansen-Glas en A. Gast, Brouwershaven zoals het was Zierikzee, 1972). Onder vuur. Van Noord-Beveland schoten de geallieerden hun granaten ook af op Brouwershaven. Ze hadden het vooral op de haven voorzien. Een tijdlang was het niet om uit te houden en waren de vrouw en ik vaste bezoekers van de schuilkelder in de dijk. Het 124

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1988 | | pagina 126