vaak niet zo duidelijk of helemaal niet te voorschijn waren gekomen. Bij deze wandelingen werd vooral gelet op de hoek, gevormd door liet vaak hellend wegdek en de horizontaal lopende stoepen en voegen van de muren. Deze hellingen werden op een kaartje genoteerd, d. Een aantal, meestal niet meer in gebruik zijnde namen, met „hil" of „werfduidden ook op hoogten in de stad. Het materiaal van De Vos was hiervoor uiterst waardevol21). De hoogtelijnenkaarten Het blijkt, dat het gehele gebied binnen de stadsgrachten hoger ligt dan dat hierbuiten. Zelfs op de laagste plekken in de stad komen geen lagere waarden voor dan 0.50 m - NAP. terwijl het land buiten de wallen op een niveau ligt van 0.50-1.2 m - NAP. We hebben hier te maken met het bekende verschijnsel van een stad die zich door zijn eigen afval in de loop van de eeuwen zelfheeft opgehoogd. Dit geldt natuurlijk vooral voor het dichtbevolkte centrum van de stad. Maar ook de schaars bewoonde zgn. lege plekken van Zierikzee binnen de grachten blijken toch nog 0.50 tot 1.0 m hoger te liggen dan het land er buiten. Alleen de zwakke kreekrug van de Miereweg ligt iets hoger. De verklaring moet zijn dat deze lege plekken eeuwenlang benut zijn voor intensieve tuinderij en ook akkerbouw en veeteelt. Tegenwoor dig zijn er veel volkstuinen. Deze gronden zijn altijd zwaar bemest geweest met allerlei soort afval dat de stad produceerde. Vandaar ook dat de grond hier donker van kleur is en veel scheiven en stenen bevat. Bij de ophoging van de es- of enggronden van onze zandgronden, met veel organisch materiaal uit de schaapskooien rekent men op een ophoging van 10 cm per eeuw. Toegepast op Zierikzee zou dit voor zeven eeuwen omgrachte stad een ophoging van 70 cm betekenen. Vereenvoudigde hoogtelijnenkaart van Zierikzee. Bijna de hele stad binnen de grachten ligt hoger dan het gebied rondom. De oude stadskern ligt op l-3m NAP. Het hoogste punt is het kruispunt Appelmarkt-Dam: 4,70 m NAP. Ten westen van de stad het begin van de Miereweg. 21

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1988 | | pagina 23