daarvan een uitvoerig „Verslag betreffende de vernieling van den Oostelijke Lichttoren op
Noord-Schouwen" in „De Ingenieur".20) Er werden in totaal 44 mijnkamers gehakt zowel
in binnen- als buitenringmuur welke werden voorzien van 59,5 kg. Amerikaanse springgela-
tine. Op 25 juli 1916 zou de ontploffing plaats hebben en nadat het terrein tot op 400 meter
afstand was ontruimd, de ramen van de naburige woningen geopend en de blinden gesloten,
werden tussen 1 en 2 uur in de namiddag met een ontstekingstoestel op een afstand van 350
m de ladingen ontstoken door de Commandant van Zeeland, de Vice-Admiraal G. P. van
Hecking Colenbrander. Het resultaat was een succes. Trots meldt het verslag: „Van de
voormalige lichtwachterswoning, welke aan de landzijde op ca. 70 m. afstand van den toren
stond, bleek een dakpan te zijn verbrijzeld".
De springploeg van de genie op de puinhoop van de 125 cm. dikke muur van „De Oostelijke Lichttoren op
Noord-Schouwen". Foto: Page. (Coll C. P. Pols)
Tussen de puinhopen van de toren werd ook de gedenksteen die als sluitsteen boven de
ingang van de buitentoren ingemetseld was geweest vrijwel gaaf teruggevonden. De tekst
daarvan luidde:
TYDENS DE REGERING VAN WILLEM II
KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN
ORANJE-NASSAU, GROOT HERTOG VAN
LUXEMBURG, ENZ.: ENZ.: ENZ.:
IS DEZE LICHTTOREN MET DAAROP
STILSTAAND LICHT, GEBOUWD EN
OPGERIGT, ONDER HET BESTUUR VAN DEN
VICE ADMIRAAL J. C. RYK, MINISTER VAN
MARINE, ZYNDE HET LICHT VOOR HET
EERST ONTSTOKEN OP DEN lsten SEPTEMBER
1848
In de vijftiger jaren werd deze steen door de chef van de bouwkundige dienst van het
Loodswezen, F. de Ruyter, teruggevonden in de terrasmuur van Pension Zeerust, een der
voormalige dubbele lichtwachterswoningen te Renesse. De eigenaar stond hem af voor de
kosten van het herstel der muur en deze steen werd daarna - zeker tot 1978 - opgeslagen in
het magazijn der vuurtoren te Haamstede. Hij bevindt zich thans in het gebouw van het
H.C.C. (Haven Coordinatie-Centrum) te Rotterdam. In de muur van de binnentoren was nog
een kleinere steen ingemetseld die vermeldde:
ONTSTOKEN DEN EERSTEN SEPTEMBER 1848
DOOR DEN KAPITEIN TER ZEE, INSPECTEUR
59