Ochtman was namelijk vanwege het Koninklijk Besluit van 31 januari 1824, „rakende de
vergunningen ter oprigting van sommige fabrijken en trafijken", verplicht een vergunning
aan te vragen bij Gedeputeerde Staten. Deze konden de vergunning pas verlenen nadat de
bewoners van de huizen naast de op te richten fabriek waren gehoord. De buren hadden in
dit geval geen bezwaren en de gemeente stelde Ochtman hiervan op de hoogte. Ochtman
richtte zich vervolgens op 5 november tot Gedeputeerde Staten (GS) van Zeeland en kocht,
samen met Lijbaart, op 16 november de bovengenoemde percelen aan de Nieuwe
Bogerdstraat. Op 11 december kwam de vergunning af met daarbij de vermelding dat
Ochtman voor het installeren van een stoomketel wettelijk verplicht was om toestemming te
vragen aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Deze vergunning kwam, door interne
communicatiestoornissen op het Ministerie, pas op 20 september 1847 af. Op dat moment
was de fabriek al ingericht en de produktie op gang gebracht. Ten behoeve van de fabricage
en van magazijnruimte werden er op 1 december 1846 en 26 maart 1847 nog enkele
aangrenzende percelen gekocht. Per 1 mei verenigden de genoemde vijf initiatiefnemers
zich tot de firma Ochtman, Van der Vliet en Comp. De vennootschap werd opgericht voor de
duur van tien jaar en had als doel het fabriceren van en het drijven van handel in garancine.4)
In juni 1847 werd de fabricage op gang gebracht. We weten niet wat het startkapitaal is
geweest van de fabriek, maar op grond van de startkapitalen van andere garancinefabrieken
kunnen we vermoeden dat dit rond de 75.000 gulden gelegen zal hebben. De produktie
kwam de eerste twee jaren na de oprichting van de fabriek het experimentele stadium
nauwelijks te boven. De totale Nederlandse garancine-export bedroeg in 1847 en 1848
slechts een paar duizend gulden. Dit terwijl er ook nog een garancinefabriek was in
Rotterdam. De eerste jaren zullen daarom financieel gezien niet rooskleurig zijn geweest.
Bij de start van de fabricage in juni 1847 hadden de firmanten GS om een financiële
ondersteuning gevraagd van 1.000 gulden per jaar. Dit bedrag was gezien het benodigde
kapitaal niet erg groot. Waarschijnlijk wilden de firmanten op deze ongebruikelijke stap geen
al te zware hypotheek leggen door een groot bedrag te vragen. GS wezen het verzoek af, maar
besloten tegelijkertijd een onderzoek in te stellen naar het belang van de fabriek voor de
toekomst van de meekrapnijverheid. Als dit onderzoek gunstig zou uitvallen, zou de firma
eenmalig een premie van 2.500 gulden worden verstrekt. Uiteindelijk leidde dit ertoe dat in
1850 deze premie inderdaad werd uitgekeerd. Op dat moment was duidelijk geworden dat
de produktie van garancine een grote stimulans vormde voor de Nederlandse meekrapnij
verheid.
De moeilijkheden overwonnen 1850-1852
De eerste twee a drie moeilijke jaren hadden niet verhinderd dat de firmanten krachtig
doorgingen met hun bedrijf. Zo lieten zij in 1848 de bestaande ketel verbeteren om onder
een hogere druk te kunnen werken en in 1850 werd de machine en waarschijnlijk ook de
ketel vervangen. De nieuwe stoommachine bezat een vermogen van 8 pk en de ketel een
vermogen van 16 pk.
Vanaf 1850 ontwikkelde de hele garancinenijverheid in Nederland zich stormachtig. In de
jaren 1850-1852 werden er zeven nieuwe fabrieken opgericht. Hierdoor steeg de Neder
landse garancineproduktie spectaculair. Dit is terug te vinden in de stijging van de uitvoer: in
1849 werd voor 68.000 gulden uitgevoerd, in 1850 voor 188.000, in 1851 voor 339.000, in
1852 voor 1.168.000 en in 1853 voor 1.528.000 gulden. Ook de produktie van de fabriek in
Zierikzee groeide sterk. In 1852 bereikte de fabriek waarschijnlijk de top van haar toenmalige
produktiecapaciteit: ongeveer 100.000 kilo garancine per jaar. Dit betekent dat de fabriek per
jaar zeker 500 vaten meekrap als grondstof verbruikte. Ter vergelijking: de produktie van een
meestoof bedroeg gemiddeld 100 tot 150 vaten per jaar. De sterke produktiegroei verliep
voor de omwonenden van de fabriek echter niet zonder problemen. De verhoging van de
65