uiteindelijk toch terzijde geschoven, maar zijn onderhandelingen hadden wel geleid tot een meer constructieve houding van de fabrikanten, waardoor de impasse kon worden doorbroken. De proef bleek een succes. Dit had tot gevolg dat voor de zomer van 1854 de provisorische maatregelen werden vervangen door definitieve. De fabrikanten betaalden hiertoe 1400 gulden. Er werd tevens vastgelegd dat dit het maximale bedrag was dat zij zouden hoeven te betalen. Of de problemen hiermee op dat moment de wereld uitwaren weten we niet, maar in het gemeentearchief komt het thema van de stankoverlast pas in 1868 weer terug. Snelle groei en stabilisatie 1853-1857) In het tweede lustrum van zijn bestaan, de jaren 1853-1857 kwam de garancinefabriek tot grote bloei. Dit valt ondermeer af te lezen uit de groei van het arbeidersbestand. In 1851 waren er 20, in 1852 25, in 1853 en 1854 34, in 1855 en 1856 40 en in 1857 43 arbeiders werkzaam. In het gemeenteverslag wordt melding gemaakt van een „zeer gunstige toestand" (1853) of „neemt in bloei toe" (1855 en '56). De fabriek behoorde in deze jaren tot de grootste fabrieken op dit terrein in Nederland. Om verder te kunnen groeien werd de fabriek in de jaren 1852-1853 sterk uitgebreid (zie figuur 1). Er werd in deze jaren een geheel nieuwe produktielijn aangelegd. Naast het oude stoomlokaalwerd een nieuw stoomlokaal gebouwd waarin zich 28 houten stoomkuipen bevonden. Verder werd er een nieuw waschlocaal gebouwd waarin ook 28 houten filterbakken werden geplaatst en werden er een nieuwe hydraulische pers met een persvermogen van 150.000 kilo (figuur 3), een droogtoestel en drie paar extra vertikale molenstenen aangeschaft, die ook in een nieuwe maalkamer werden geplaatst.7) Voor de benodigde extra stoom werd in 1853 een extra stoomketel met een vermogen van 55 pk aangeschaft. Om de aandrijvingskapaciteit te vergroten installeerde de firma in 1855 tenslotte een tweede stoommachine van 12 pk. Deze uitbreidingen leidden tot een verdrievoudiging van de produktiekapaciteit tot ongeveer 300.000 kilo garancine per jaar. 69

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1988 | | pagina 71