De dorpen van Schouwen-Duiveland
Voetspoor van een veranderende samenleving
door drs. Frans Thissen
Het gegroeide nederzettingenpatroon: van kerk naar basisschool
Het grote aantal plaatsnamen dat men tijdens een tocht op Schouwen-Duiveland tegen
komt is tekenend voor de lange en bewogen geschiedenis van het nederzettingenpa
troon in dit gebied. Raadpleegt men oude kaarten, dan blijken er ook veel nederzettin
gen dorpen en steden te zijn verdwenen. De ontwikkeling van een nederzettingenpa
troon is een steeds voortgaand proces. Onooglijke dorpen kunnen uitgroeien tot
aantrekkelijke woonplaatsen. In het verleden bloeiende dorpen kunnen hun positie
niet altijd behouden. Ook nu dreigen op Schouwen-Duiveland sommige dorpen hun
plaats te verliezen. Tegelijkertijd verschijnen er nieuwe nederzettingen in het landschap
en op de kaart. De recreatieve functie van deze nieuwe nederzettingen zijn kenmerkend
voor de toegenomen betekenis van de vrije tijd in onze samenleving. Een patroon van
nederzettingen in het landschap is als een 'Voetspoor'1 van een samenleving.
De ontwikkelingsgang van de maatschappij en dat wat maatschappelijk belangrijk was
en is, zijn niet alleen af te lezen van kleine en grote monumenten in onze steden en
dorpen, maar ook van de "afdruk" in het landschap die het nederzettingenpatroon
vormt.
Nederzettingen kan men vanuit diverse gezichtspunten bestuderen. Elke nederzetting
kan, afgezien van de geografische ligging, worden beschreven op grond van kenmerken
van de bevolking, kenmerken van de gebouwde omgeving en de aldaar gevestigde
functies (werkgelegenheid en voorzieningen). In deze bijdrage staan de bevolking van
de dorpen op Schouwen-Duiveland en de functies van de dorpen centraal. Het gaat mij
vooral om de functies die de dorpen op Schouwen-Duiveland hebben voor het leven
van alledag van de bewoners en om de plaatselijke culturele situatie, met name de
mogelijkheden die bewoners hebben om zich met het eigen dorp te identificeren.
Wat de kenmerken van de gebouwde omgeving betreft, hebben historisch-geografen de
nederzettingen op Schouwen-Duiveland uitvoerig beschreven1)- Ik zal mij in dit
artikel beperken tot relatief recente ontwikkelingen zoals die zich vanaf I960 in de
doipen van Schouwen-Duiveland hebben voorgedaan.
Voor een goed begrip van de recente ontwikkelingen in de dorpen is een korte schets
van de bewoningsgeschiedenis van het gebied van belang. Deze begint met de
bewoning van de lager gelegen Delta vanuit het eerder bewoonde duingebied en de
hoger gelegen delen van Vlaanderen en Brabant in de vroege Middeleeuwen. Een
belangrijke bevolkingsuitbreiding doet zich voor gedurende de tweede helft van de 12e
en de eerste helft van de 13e eeuw (De Klerk 1989). Het zich toen ontwikkelende
patroon van nederzettingen is gebaseerd op tenminste drie uitgangspunten.
Allereerst spelen de natuurlijke omstandigheden een belangrijke rol. Dit betreft niet
alleen de steeds wisselende grens tussen land en water, maar ook de met natuurlijke
omstandigheden samenhangende mogelijkheden voor het opbouwen van een be
staansbasis. Het wijzigen van verbindingen over water door verzanding of verlegging
van waterlopen en de beperkte bestaansmogelijkheden buiten de soms smalle
kreekruggen beperkte de groeimogelijkheden van nederzettingen. Naast natuurlijke
omstandigheden waren ook andere factoren van invloed op de bestaansmogelijkheden
111