hun basisscholen een belangrijke rol speelt in deze ontwikkeling. In samenhang met het steeds pregnanter orthodox-christelijke stempel van deze dorpen is de sociale integratie in deze dorpen niet geheel zonder zorgen. In Kerkwerve is bevordering van de dorpsintegratie"een van de aandachtspunten in het dorpsplan. In Sirjansland is een belangrijke tweedeling te constateren tussen het "dorpse" verenigingsleven en het "kerkse" verenigingsleven. Ook in de dorpen op Schouwen-Duiveland speelt, naast de traditionele dorpsbinding, lokaal bewustzijn een steeds belangrijker rol. Niet alleen groepen die geboren en getogen zijn (autochtonen) vertonen belangstelling voor de eigen woonsituatie. We kunnen dit illustreren aan de hand van het lidmaatschap van de Vereniging van Stad en Lande als teken van dorpsbinding (als men autochtoon is) of lokaal bewustzijn (als men allochtoon is). Voor elke nederzetting op Schouwen-Duiveland is vastgesteld hoe groot het aantal leden van Stad en Lande is14). In alle woonplaatsen treft men leden aan, al zijn dat soms enkelingen. Het aandeel leden ten opzicht van de totale bevolking is in dit verband interessanter. Dat blijkt te variëren van 3-6 procent in Noordgouwe tot nog geen half procent in Sirjansland. Zierikzee neemt met 2.2 procent niet de toppositie in, maai" heeft meer leden dan gemiddeld over heel Schouwen-Duiveland. De autochtoniteit van het ledenbestand per dorp is op de andere as van het diagram weergegeven. Van alle leden is vastgesteld of de familienaam in 1947 reeds in Zeeland voorkwam (Meertens, 1947). In een aantal dorpen geldt dit voor alle namen van de leden. In een beperkt aantal gevallen kwamen veel van deze namen in 1947 overigens ook al in de zelfde woonplaats voor (voor de zes leden in Kerkwerve geldt dit voor vijf van hen)Uit de figuur valt op te maken dat de hoge deelname aan Stad en Lande in Noordgouwe en Dreischor veel eerder is op te vatten als een uitvloeisel van lokaal bewustzijn, terwijl de relatief hoge deelname in Zonnemaire en Serooskerke kan worden opgevat als een uitvloeisel van traditionele dorpsbinding. Het is duidelijk dat de monumentaliteit van Noordgouwe en Dreischor een belangrijke achtergrond vormt voor zowel de grote belangstelling voor de woonomgeving als het allochtone karakter van de bevolking. Het veranderingsproces dat de dorpen op Schouwen-Duiveland ondergaan is nog niet ten einde. In de nabije toekomst zullen maatschappelijke ontwikkelingen die een ruimere oorsprong hebben dan de Zeeuwse samenleving hun voetsporen in het nederzettingenpatroon van Schouwen-Duiveland achterlaten. Dat de groeiende beteke nis van de vrije tijd in de West-Europese samenleving daarvoor van doorslaggevend belang is, is nu reeds zichtbaar in de toeristisch-recreatieve ontwikkelingen in de regio. Deze zullen het nederzettingenpatroon van Schouwen-Duiveland niet onberoerd laten. Noten 1Zie ondermeer de publikaties van A. P. de Klerk 2. Voorzieningen waarvan men vindt dat ze beslist in de eigen woonplaats aanwezig moeten zijn: winkels (80% van de ondervraagden); basisschool (71%); openbaar vervoer (65%). Naar het belang van de aanwezigheid van een kerk werd overigens niet gevraagd (Dorpenonderzoek 1976, tabel 3). 3. Als nederzetting zijn aangegeven alle bebouwing die door middel van plaatsnaamborden of (ANWB)- richtingsborden langs de openbare weg als zodanig zijn onderscheiden. Burghsluis en Aquadelta hebben geen plaatnaambord, maar worden wel op de ANWB-richtingsborden vermeld. 4. Aan het begin van deze eeuw waren er kermissen in Brouwershaven, Bruinisse, Burgh, Dreischor, Elkerzee/Ellemeet/Scharendijke, Haamstede, Kerkwerve, Nieuwerkerk, Oosterland, Renesse, Schudde- beurs, Serooskerke, Zierikzee en Zonnemaire (Van Langeraad en Van Loo, 1987). 128

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1989 | | pagina 130