Beschermd stads- en dorpssgezicht Het dorps- en stadsgezicht is - uiteraard - zo oud als de dorpen en steden zelf. Het gaat daarbij namelijk om het totaalaanzicht, om de som van de aanleg (of structuur) en het gebouwde, de opstallen. Als het stads- en dorpsgezicht in de laatste halve eeuw speciaal in de belangstelling is gekomen, is dat vanwege het aspect kwaliteit. Het geeft te denken dat men voor 50 jaar, en zeker voor 100 jaar, zich daarover niet druk maakte. Dat hangt niet alleen samen met onverschilligheid - laissez faire, laissez aller maar ook met het feit dat er veel minder reden was tot verontrusting. Het is hier niet de plaats om in te gaan op de karakterverandering van stads- en dorpsbeeld in onze eeuw die er toe leidde dat men ging uitzien naar bescherming en behoud niet alleen van individuele monumenten, maar, in voorkomende gevallen, ook van het conglomeraat van bebouwing als een vorm van cultuurmonument. Overigens liep het op Schouwen-Duiveland met de karakterver andering waarop hierboven gedoeld is voor 1939 zo'n vaart niet. Maar de in de inleiding aangestipte omstandigheden hebben gemaakt dat de kwestie van het te beschermen stads- en dorpsgezicht ook voor het eiland actueel werd. Dat wil zeggen dat er behoefte ontstond om, bovenop welstand en monumentenzorg en ter ondersteuning daarvan, voor bepaalde hoogwaardige historische kernen een specifiek bestemmingsplan in het leven te roepen met een conserverende inslag, gericht op behoud van het historische karakter. Het is begrijpelijk dat men de speciale, moeizame en nogal ingrijpende toepassing van het wetsartikel heeft willen beperken tot de zeer bijzondere situaties. Uiteraard met de bedoeling dat de andere met de meer gewone middelen behoed zouden kunnen worden voor onnodig afglijden tot lager niveau. Brouwershaven. De nieuw in profiel gebrachte wal en de gracht behoren tot het beschermde gezicht. Op de achtergrond de kerk. (foto: P. van den Heuvel 36

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1989 | | pagina 38