Zicht op de Nieuwe Haven in Zierikzee met o.a. mosselvloot (1980).
(coll. Slreekarchivariaat Schouwen-Duiveland en Sint Philips/and)
Noten
1. De volgende beschouwingen zijn in grote lijnen ontleend en gebaseerd op Knippenberg en De Pater,
1988.
2. Stu wende ontwikkeling schept nieuwe werkgelegenheid. Het trekt geld aan van buiten het gebied en trekt
ook bevolking aan. Het begrip "stuwend" staat tegenover "verzorgend" of "volgend". Dit is een gevolg van
stu wende activiteiten en daaraan geven de inwoners hun geld uit.
3- Spin off wil zeggen afgeleide werkgelegenheid.
4. Deze en volgende gegevens zijn verkregen van S. P. van der Zee.
5- Gegevens Kamer van Koophandel.
Literatuur
H. Knippenberg en B. de Pater, De eenwording van Nederland. Schaalvergroting en integratie sinds 1800,
Nijmegen 1988.
Reconstructie-commissie Schouwen-Duiveland, Rapport inzake de reconstructie van Schouwen-Duiveland,
1954.
Economisch-Technologisch Instituut voor Zeeland, Het toerisme in de provincie Zeeland en zijn economische
betekenis, 1957.
Economisch-Technologisch Instituut voor Zeeland, De economische ontwikkeling van Schouwen-Duiveland,
1960.
M. C. Verburg, Recreatie en verkeer in de Delta, Uitgave Recreatiestudiedag ANWB, 1967.
Provincie Zeeland, Streekplan Zeeland, 1988.
Provincie Zeeland, Provinciaal beleidsplan voor recreatie en toerisme, 1984.
Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Midden- en Noord-Zeeland, Het bedrijfsleven op Schouwen
Duiveland; twee delen, 1982.
Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Midden- en Noord-Zeeland, Een jaar keringsweg; De Schouwse
Middenstand in 1988.
54