Veranderend vervoer, 1939-1989
door drs. p.F. Vleugel
Inleiding
In dit artikel wordt ingegaan op het verkeer en vervoer op Schouwen-Duiveland tussen
1939 en 1989. Vervoer is: het overbrengen van personen of goederen tussen
producenten en consumenten ter bevrediging van verplaatsingsbehoeften. Verkeer is
afgeleid van vervoer en ontstaat door de beweging van transportmiddelen.
In het Deltagebied vond het meeste vervoer over water plaats. Vele steden in de
rivierendelta van Rijn, Maas en Schelde hadden hun welvaart dan ook in belangrijke
mate te danken aan hun gunstige ligging aan scheepvaartroutes waarlangs goederen
stromen werden verplaatst. Zo was Zierikzee reeds in de veertiende eeuw een
welvarende stad met bloeiende handel en nijverheid, door de ligging aan een
belangrijke vaarroute. Ook de tweede helft van de zeventiende eeuw was een
economisch goede tijd voor de havenstad Zierikzee.
Brouwershaven, dat al vroeg een invoerhaven voor bier was, groeide in de vijftiende
eeuw uit tot een welvarend havenstadje. In tegenstelling tot de meeste andere
Nederlandse steden, beleefde Brouwershaven in de 19e eeuw een periode van grote
bloei en bedrijvigheid. De oorzaak was het verzanden van de toegang tot de
Rotterdamse haven, waardoor de zeeschepen uit moesten wijken naar het Brouwersha-
vense Gat. Brouwershaven werd daardoor een tijdlang de belangrijkste Nederlandse
overslaghaven. Vervoer en verkeer waren in bovenstaande voorbeelden flinke impulsen
voor economische bedrijvigheid.
In dit artikel wordt beschreven, welke veranderingen er tussen 1939 en 1989 hebben
plaatsgevonden in aard en omvang van het openbaar en particulier vervoer op en naar
Schouwen-Duiveland. Tevens wordt nagegaan, welke impulsen er van het verkeer en
vervoer uitgingen voor de economie van de regio.
Een juiste, afgewogen beoordeling is moeilijk nu al te geven, omdat er op gebied van
verkeer en vervoer de afgelopen jaren grote verschuivingen optreden. In verschillende
gevallen is recent materiaal niet voldoende of té overvloedig voorhanden, zodat de
cijfers met de nodige voorzichtigheid moeten worden geïnterpreteerd. Meer tijdsver
schil met bijvoorbeeld de laatste Deltawerken zou wellicht tot een andere analyse
kunnen leiden.
In het verkeer en vervoer op Schouwen-Duiveland van 1939-1989 worden vier perioden
onderscheiden:
1. 1939-1943: De oorlog met veel vervoersproblemen.
2. 1946-1964: Gelijkblijvend karakter naar aard van het vervoer, wel groei in omvang.
3- 1953: Uitzonderlijk vervoer door de watersnoodramp
4. 1965-1989: Een periode vol veranderingen.
Stagnatie en vervoersproblemen, 1939-1945.
„Op vervoersgebied is er in Nederland in de jaren '20 en '30 veel gerealiseerd. Het
wegennet is flink uitgebreid en verhard, er zijn diverse grote bruggen gebouwd, het
spoorwegnet en de streeknetten van tramlijnen zijn voltooid en op elkaar afgestemd en
aangesloten. Zodanig dat alle delen van het land ontsloten zijn en onderling goede,
direkte verbindingen gekregen hebben", aldus de Algemene Geschiedenis der Nederlan
den.
De grote uitzondering op deze algemene stelling van ontsloten zijn, waren de Zeeuwse
55