Melis Stoke, een onbekende
De slag om Zierikzee in 1304 in de Rijmkroniek
van Holland
door drs. Karin de Rijke
boek VIII, vs 299
Nu toe metter vaert,
ManninPieter ende Gheraert,
Laet ons winnen dit crayennist!'
Een honende opmerking van Vlamingen die denken Zierikzee te kunnen verover
en. Maar dan kennen ze de Zierikzeeënaren nog niet!
Om bovenstaande woorden in hun juiste context te zien, moeten we terug naar
begin 1300.
Zierikzee liep toen van, grofweg, de westelijke stadsgracht tot aan het huidige
Havenplein en van de Hoofdpoortstraat tot Sint Anthoniesdam. Het was dus geen
grote stad, maar die hoon, die overtuiging dat het innemen van Zierikzee een
kleinigheid is, was toch zeker misplaatst.
Als men het heeft over het beleg van Zierikzee door de Vlamingen in 1304 is dat
voor veel mensen nieuw. In het beeld van Zierikzee als strijdtoneel overheerst de
strijd van de Hollanders tegen de Spanjaarden van 1567.
Toch was die slag niet meer nodig geweest als de poorters van Zierikzee in 1304
aan de Vlamingen hadden toegegeven.
Eén van de belangrijkste en zeker meest gedetailleerde beschrijvingen van het
beleg in 1304 is die in cle Rijmkroniek van Hollandeen in het Nederlands en in
verzen geschreven werk dat de geschiedenis van Holland behandelt vanaf 689 tot
1305. De Kroniek is geschreven door een grafelijke klerk aan het hof van Floris V.
Het tweede deel van de kroniek berust op eigen waarneming van de schrijver en
op verhalen van ooggetuigen.
In dit deel is ook het beleg van Zierikzee beschreven. De details zijn uitermate
treffend en er spreekt een grote liefde voor Zierikzee uit.
De Rijmkroniek van Holland
Voordat ik overga tot deze beschrijving, geef ik eerst wat meer informatie over de
Rijmkroniek en de politieke omstandigheden in Holland die leidden tot het beleg.
De Rijmkroniek van Holland bestaat zoals gezegd, uit twee delen. Deel één
behandelt Holland vanaf de periode van de Romeinen tot 1205 en steunt voorna
melijk op het Chronicon Egmundanum en het Chronicon Ellenhardi.
Het tweede deel beschrijft gebeurtenissen uit de tijd van de schrijver. Het begint
in 1256 als graaf Floris V aan de macht komt en eindigt met het huwelijk van
graaf Willem III en Johanna van Valois op 23 mei 1305.
Deel twee is opgedragen aan deze Willem, deel één aan Floris, voor wie de
schrijver met de Rijmkroniek een doel voor ogen had: laten zien 'waen (van
welke oorsprong en afstamming) dat ghi sijt gheboren' 'ende bi wat (welke) rede
nen ghi in hant hebbet Zeelant en Hollant en de bi wat redenen dat ghi soect
17