De klerk Melis Stoke en Zierikzee in 1304
Een nieuwe archiefvondst
door drs. j. G. Smit
De Rijmkroniek van Holland en de klerk Melis Stoke
Rond 1300 heeft er een klerk van de graven van Holland en Zeeland geleefd, die
de naam Melis Stoke droeg. Tot nu toe kenden wij zijn bestaan uit de slotop-
dracht van de Rijmkroniek van Holland, waarin Meiijs Stoke, ,,u arme 0 clerc", de
kroniek opdraagt aan graaf Willem III van Holland en Zeeland2', en uit een voor
de stad Zierikzee bestemde oorkonde van 29 november 1305 van dezelfde graaf,
welk charter ondertekend is door A. Amelis) Stoke.Ik laat hierbij in het mid
den of Stoke de (of één van de) auteur(s) is van de Rijmkroniek of slechts diens
bewerker, en of hij de schrijver (mundator) is van de oorkonde of degene die het
charter, door een ander geschreven, heeft nagekeken. De combinatie van de twee
vermeldingen geeft immers voldoende zekerheid over de historiciteit van de klerk
Stoke: hij had een aandeel in de vervaardiging van de bekende Rijmkroniek, een
in de volkstaal geschreven en op rijm gezette geschiedenis van het graafschap
Holland en zijn graven die eindigt met het op 23 mei 1305 tussen Willem III en
Johanna van Valois gesloten huwelijk, en hij was op 29 november 1305 betrokken
bij de opstelling van een grafelijke oorkonde.
Aan de sinds enige tientallen jaren voortdurende discussie over het auteurschap
van de Rijmkroniek (zijn Stoke of Wouter de klerk, die ook aan het einde van de
kroniek wordt genoemd, de auteurs of zijn zij de bewerkers van produkt(en) van
vroegere auteur(s) of van eikaars werk), is een nieuwe publikatie toegevoegd
door mevr. Karin de Rijke. Haar doctoraalscriptie is gewijd aan de vraag of
Stoke61 een poorter van Zierikzee kan zijn geweest o, 35). In haar betoog spelen de
aan Zierikzee gewijde passages uit de Rijmkroniek een centrale rol, en wel die
gedeelten die de belegeringen van de stad door de Vlamingen en Vlaamsgezinde
Zeeuwen en de scheepsslag op de stroom de Gouwe tussen Schouwen en
Duiveland in 1304 betreffen/' Deze passages verraden namelijk een grote topo
grafische kennis van Zierikzee en haar omgeving. Nadat mevr. De Rijke hen de
revue heeft laten passeren, komt zij tot de conclusies dat Stoke meer versregels
wijdt aan Zierikzee dan aan enige andere stad; dat zijn taalgebruik aangeeft dat hij
zeer waarschijnlijk uit Zeeland afkomstig was; dat ook de in 1305 in Zierikzee
ondertekende oorkonde waarschijnlijk maakt dat hij met deze stad bekend was;
dat het erop lijkt dat hij bij de drie belegeringen en de slag op de Gouwe binnen
de muren van de stad was 00.
Bij het betoog en de conclusies van de auteur zijn nogal wat vraagtekens te plaat
sen. Zo onderkent mevr. De Rijke te weinig dat de Rijmkroniek in de eerste plaats
een literair werk is. waarin de dichter van het laatste deel toewerkt naar een cli
max: de terugkeer van geheel Zeeland onder het bewind van de Hollands-
Henegouwse graven, met als culminatie de slag op de Gouwe tussen de gecombi
neerde Frans-Hollandse vloot enerzijds en de Vlaams-Zeeuwse vloot anderzijds.
Wat daarna nog volgt: de herovering van Middelburg, de dood van graaf Jan II en
31