zegel van mr. Lieven de Cocq, 1622. Verre een man kijkend door een verrekijker, Schuurbeque een schuur aan een beek, De Vager drie vagers, Verboom een boom, Mogge zes muggen, Van Vliet een dwarsbalk waarop drie achter elkaar zwemmende ganzen. Moeilijker wordt het met de volgende sprekende wapens waarin vogels voorko men: CaU: een golvende dwarsbalk vergezeld van drie kauwen (2 en 1). Plevier, doorsneden, a. een pegasus b. drie plevieren (2 en 1). Teelinck of Teeling: drie talingen (2 en 1). Daak of Daeck: drie tureluren (2 en 1), want daeke is het Schouwse woord voor tureluur! Wale, in de bovenste helft drie vogelkoppen met geopende bek. Dat moeten wel wielewalen zijn, want deze wordt ook in de vogelgids als enige met geopende bek afgebeeld. e. rebuswapens Er bestaan ook rebuswapens. In die richting wijst het wapen Raphoenin zilver drie zwarte kippen (2 en 1), want hoen is op Schouwen het gebruikelijke woord voor kip. Spreekt men over water, dan denkt men ook aan vissen. Ook deze komen veel voor in Zierikzeese wapens. Niet alleen in Bliek drie blieken, Bodt een bot en Van Alphen, een alver is een roofkarper, maar ook in het wapen van Stoutenburg en Lieven Iman Gillisz (1547), waaruit het geslacht Van der Lisse stamt. I zegel van Mattheus Nonneman, 1626. 59

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1990 | | pagina 61