den, omdat Schouwen-Duiveland geïnundeerd werd door de Duitsers. Daarmee kwam er een voorlopig einde aan de activiteiten van cle Vereniging Stad en Lande van Schouwen-Duiveland. Pas op 23 september 1945 kwam het bestuur weer bij elkaar om te overleggen hoe het verder moest. De balans van de oorlog voor de Vereniging kon opge maakt worden: veel activiteiten had men niet kunnen ontplooien. Het bestuur had zich terughoudend en voorzichtig opgesteld, om zo gewoon mogelijk verder te leven; zoals zeer veel Nederlanders hadden geprobeerd. De structuur van de Vereniging In het volgende stuk wordt nader ingegaan op de structuur van Stad en Lande. In het begin was Stad en Lande een vereniging met beperkte rechtbevoegdheid, maar zij groeide uit tot een volledige rechtspersoon. Ook de doelstelling werd uit gebreid, samen met de activiteiten. Het ledenaantal steeg van 45 in 1939 tot 900 vijftig jaar later. Wat de invloed van de leden op het bestuur was, komt ook aan de orde in dit hoofdstuk. Hoever die invloed reikte, zal blijken uit de bestuurscri sis in 1970/71. Daarnaast wordt ingegaan op jaren met langdurige continuïteit, maar ook op jaren met veel wisselingen. De taakverdeling binnen het bestuur komt ook aan de orde, evenals de verschillende voorzitters. In Nederland zijn vrijheid van meningsuiting en vrijheid, van vereniging en verga dering belangrijke democratische waarden in cle samenleving. Deze rechten zijn vastgelegd en gewaarborgd door de Grondwet (artikel 7, 8, 9). Toen in januari 1939 enkele mensen, Westendorp Boerma, Nieuwenhuijsen, Van Beveren en Van 't Veer bij elkaar kwamen in het huis van Mr. W. Nieuwenhuijsen aan het Havenpark te Zierikzee, om een vereniging te stichten, was hier geen enkel juri disch bezwaar tegen. Zij kwamen bijeen in het huis met cle toepasselijke naam op de gevelsteen: NON NOBIS SED POSTERIS (niet voor ons, maar voor het nageslacht). Met deze gedachte en met zorg om het verloren gaan van veel fraais in Zierikzee en op Schouwen-Duiveland kwamen ze bijelkaar.5) Aanvankelijk had de Vereniging slechts beperkte rechtsbevoegdheid. Dat beteken de, dat de bestuurders persoonlijk aansprakelijk konden worden gesteld voor schulden en verplichtingen van de Vereniging. De penningmeester werd hier nog eens op gewezen, toen in 1940 een postrekeningnummer werd toegekend. Twee dagen na de oprichtingsvergadering koos cle algemene ledenvergadering uit haar midden een bestuur van elf personen, deels een voortzetting van het voorlo pig comité van oprichting. Het bestuur was vrij in beleid en initiatieven, maar ach teraf wel rekening en verantwoording schuldig aan de algemene ledenvergade ring. Deze structuur zou niet meer worden gewijzigd. De contributie werd vastgesteld op 1,per lid per jaar. Het doel van Stad en Lande werd: Bevordering en behoud van stedelijke en landschappelijke schoonheid in cle meest uitgebreide zin op het eiland Schouwen-Duiveland. De Vereniging kreeg Koninklijke Goedkeuring en werd daarmee officieel rechtspersoonlijkheid op 19 december 1951. Daarmee waren de bestuursleden niet langer meer hoofdelijk aansprakelijk voor rechtshandelingen van de Vereniging. Deze kon zelfstandig onroerend goed kopen, subsidie verwerven (wat ook vrij kort nadien gebeurde) en erfenissen aan vaarden. De Vereniging was aangegaan voor 29 jaar vanaf de oprichting, dus cle 101

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1991 | | pagina 109