Het contact tussen leden en bestuur vindt voornamelijk op de ledenvergaderingen plaats, aanvankelijk werd er één per jaar gehouden, later twee, in het voorjaar en in november. Het bestuur legt rekening en verantwoording af over het gevoerde beleid en de financiën. Tijdens deze bijeenkomsten ontspon zich tot enkele jaren geleden altijd een discussie over actuele bedreigingen in landschap of monumen ten en werden nieuwe suggesties gedaan voor activiteiten, die het bestuur dan verder ging uitwerken. Na de ledenvergadering is er altijd een lezing, vaak over een actueel onderwerp, zoals een recente opgraving op Schouwen-Duiveland of door de auteur van een recent verschenen boek, wat binnen de doelstelling valt of over een stad waar de excursie naar toe gaat. Professor van Swigchem is al enkele malen geweest over diverse aspecten van monumentenzorg, F. Jilleba kwam over "Oude Zeeuwse woonhuizen" spreken, F. Beekman over "Landschapsontwikkeling op Schouwen- Duiveland", Dr. G. van der Ham over "Zeeland en met name Schouwen- Duiveland in de Tweede Wereldoorlog". Een volledige opsomming van alle lezin gen die in de loop van meer dan 50 jaar gegeven zijn voor de Vereniging zou te ver gaan, dit was slechts een willekeurige greep. In de voorjaarsvergadering zijn altijd de bestuursverkiezingen. Het bestuur doet een voordracht voor de kandidaten. De leden kunnen ook zelf kandidaten voor dragen, volgens het huishoudelijk reglement. In 1971 werd van deze mogelijkheid van artikel 5 uit het huishoudelijk reglement van 1968 gebruik gemaakt. Aan deze procedure ging het volgende vooraf: Bestuurscrisis 1970/71 In 1970 werd het bestuur getroffen door het verlies van diverse bestuursleden: Op 16 juni overleed P. van Beveren, één van de oprichters die altijd bestuurslid was gebleven en tot enkele jaren voor zijn overlijden secretaris. Flij was het eerste ere lid. Op 18 augustus stierf J. Romeijn, oud-burgemeester van Ouwerkerk en sinds de oorlog tot enkele jaren voor 1970 een aktief bestuurslid. Op 13 december 1970 nam bestuurslid en burgemeester van Zierikzee, D.D.J.W. Kastelein afscheid van Schouwen-Duiveland, wegens een benoeming elders. De grootste schok voor de Vereniging was het overlijden van oprichter en voorzit ter Westendorp Boerma op 16 september 1970. Namens de Vereniging werd hem de laatste eer gebracht en sprak bestuurslid A.A. van Eelen (tevens burgemeester van Duiveland). Op 16 oktober kwam het verslagen bestuur bij elkaar in restaurant Mondragon. De voorzitter was onverwachts overleden, zijn opvolging was niet geregeld, er was ook eigenlijk geen plaatsvervanger voor hem. De grote vraag was, wie zou er voldoende historisch inzicht, kijk op monumenten en aanzien genieten om de markante en zeer erudiete historicus op te volgen? De heren Drs. J.L. Braber, Mr. A. Gast en W.H. Keikes voelden er niet voor. Of Van Eeten misschien? Deze zou zich nog beraden, maar deed het niet. Vervolgens werden allerlei namen van personen van buiten het bestuur genoemd, zoals Drs. P. Vis, de geograaf en rector van de Rijksscholengemeenschap "Professor Zeeman", gedeputeerde A.L. van Geesbergen; mevrouw Westendorp Boerma noemde telefonisch F. Scherjon, de directeur van de L.T.S. Opeens werd de naam Coumou genoemd... Flij voldeed aan de vereisten: hij was 104

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1991 | | pagina 112