- Drs. J.L. Braber werd opgevolgd door Mr. Drs. W.P. Martens als interimvoorzitter. Hij was voorzitter van april 1984 tot 1 januari 1985, omdat de opvolger van Braber het nog te druk had als voorzitter van het Zeeuwse Kruis tot die tijd. Martens was oud-docent geschiedenis van het Professor Zeemanlyceum en 19 jaar bestuurslid. Hij verzorgde in de jaren '70 de lessen kunstgeschiedenis van de cursus "Streek geschiedenis" die jaarlijks gegeven werd door Stad en Lande (4 avonden in ieder winterseizoen). - Op 1 januari 1985 werd J.D. de Kam voorzitter. Hij werd geboren op 22 juli 1914 in Wissenkerke op Noord-Beveland. Na de Christelijke M.U.L.O. in Goes ging hij werken op de gemeentesecretarieën van achtereenvolgens Hoedekenskerke, Elle- woutsdijk en Krabbendijke; via cursussen en zelfstudie werd hij gemeentesecreta ris in Maasdam/Strijen en in 1963 bracht hij het tot burgemeester van Waarde op Zuid-Beveland. Van 1969 tot 1979 was hij burgemeester van Duiveland. In zijn ambtsperiode werd in 1975 de opgeblazen zeskantige toren van Nieuwerkerk weer opgebouwd. Onder zijn leiding kwam een bestuurlijke reorganisatie van Stad en Lande tot stand, met meer en vastomlijnde commissies, die zich met spe cifieke deeltaken gingen bezighouden. Het dagelijks bestuur vergaderde iedere 4 a 6 weken over kleine, lopende dingen en bereidde de grotere zaken voor het algemeen bestuur voor. De Kam was voorzitter tot april 19.91. De activiteiten van Stad en Lande Na de Tweede Wereldoorlog wilde men zo snel mogelijk de onaangename erva ringen uit de bezettingstijd vergeten en het land weer opbouwen. Deze houding gold voor Nederland, maar ook op Schouwen-Duiveland en in Stad en Lande. Het waren jaren, dat men sober leefde, weinig eisen stelde en gezamenlijk hard werk te aan de wederopbouw van het leeggeroofde en verwoeste land. De materiële problemen waren groot, maar werden jaarlijks minder. De regering had opgeroepen om in harmonie en door samenwerking van alle groeperingen in de samenleving de wederopbouw te realiseren. De "scheiding" tussen de verschil lende zuilen was kleiner dan voor de oorlog, men zag het belang van samenwer king in. De periode van herstel en wederopbouw duurde in Zuid-West-Nederland langer dan in de rest van het land, doordat deze regio kort na de oorlog getroffen werd door de Ramp van 1 februari 1953. Het harmonie-model hield hier ook langer stand, door isolement en sociale controle binnen de kleine, overzichtelijke ge meenschappen (tot ver in de jaren '60). Hierna worden de activiteiten van de Vereniging behandeld. Het verschil in beleid en activiteiten valt grotendeels samen met de verschillende voorzitters. Alleen de periode van het voorzitterschap van Westendorp Boerma na de oorlog valt in twee delen uiteen: in de jaren '50 vooral kleine restauraties, waarbij men zich gelaten neerlegde bij de grote (landschappelijke) veranderingen. Dan de jaren '60 waarin grotere restauraties werden verricht en onroerend goed werd aangeschaft om te restaureren. De volgende periode brak aan in 1970, met voorzitter Braber; het waren actieve jaren met veel veranderingen, met acties tegen streekplan en bestemmingsplannen, bezwaarschriften, een ledenenquête, jaarboeken en enkele commissies. In de jaren '80 kwamen er nog meer commissies, de Vereniging laat merkstenen maken en in 1989 werd grootscheeps het vijftig jarig jubileum gevierd. 108

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1991 | | pagina 116