A*/ MIC£A/ A//£T o/e fitorr- TAA^I V^GW/JA/e/y AC Tie- COMITÉ ..SCWOUWfN VOQRÜIT Af£T ?o/v r/e^.M r 0£ Ol/d£ oaos ai/j/*r V Ge/za/v A'öPfiOöS, /V^A/A/f-^ V&/JO/VS /tOO£RAs VJliT J^S/2!£TV A10£T£/Y W/J L/ A/AA/Q 0£ TAASI c'//'/J kseve w/y^A: „-SCHOUWÊN rw coMire voo'RUiT" eiland af? Alleen 's avonds, als de laatste boot binnen was, vond deze persoon, was Schouwen-Duiveland geïsoleerd. De ander sprak van een gedeeltelijk isolement, memoreerde dat het isolement in zekere zin verbroken was door de grotere openheid van de naoorlogse samenle ving. Vaak werd hierbij verwezen op de evacuatieperiode in de oorlog. Een derde gaf volmondig toe dat het eiland voor 1965 geïsoleerd was en noemde dat heer lijk. De Waddeneilanden werden regelmatig als voorbeeld genoemd van hoe Schouwen-Duiveland er voor de komst van de Deltadammen uitzag. Een positief voorbeeld, want niemand van de ondervraagden verklaarde het isolement achter af als negatief te hebben ervaren. Daarin zijn de oude eilandbewoners waarschijn lijk unaniem. Na de ramp In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 werd de naoorlogse ontwikkeling van Schouwen-Duiveland stilgezet en letterlijk doorbroken door de grootste natuurramp uit de geschiedenis van het eiland. Een zware noordwester-storm, samenvallend met springtij, sloeg 54 gaten in de zeewering om het eiland en de daarbinnen liggende binnendijken tussen de verschillende polders. De zee kreeg vrij spel. Ruim 16.000 van de 22.000 hectare die het eiland groot was, liep onder water. Er vielen 531 doden, de veestapel werd gedecimeerd en een groot aantal woningen verwoest. Wetenschappers probeerden nadien aan te geven waarom 1953 een breuk vorm de voor de samenleving op Schouwen-Duiveland. Er werd gesteld dat de ramp een functie als katalisator heeft gehad, waardoor bestaande processen werden versneld. Ook werd de watersnood een keuzemoment voor de bevolking genoemd. Een moment om bijvoorbeeld te kiezen voor recreatie als nieuwe bestaansbron of voor een nieuwe infrastructuur en een ander openbaar vervoers systeem. Niet alleen uit wetenschappelijke hoek is vanaf het begin gesuggereerd dat de ramp een caesuur betekende op het gebied van ruimtelijke ordening, landschap en samenleving. Ook de bewoners van het eiland vertellen in gesprekken dat de ramp ingrijpende veranderingen heeft gebracht. Ze leggen daarbij de nadruk op de veranderingen in de ruimtelijke ordening en het landschap. Dat lijkt terecht, maar er kan aan worden toegevoegd dat de veranderingen vooral materieel van aard waren en slechts in mindere mate fundamenteel-sociaal, zoals men op het eerste gezicht veronderstelde gezien de enorme uiterlijke metamorfose. In mijn ogen zette een ontwikkeling die zich al sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog in gang had gezet versterkt door na 1953. 107

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1992 | | pagina 109