neef van meester Jan (Jacobse) Zoeter was Jacob (Leendertse) Zoeter, die school
meester was in Noordwelle en later in Middelburg. De zuster van meester Marynis
Braams huwde met Cornelis Blom, schoolmeester in achtereenvolgens
Zonnemaire, Oosterland en Sint Maartensdijk.
Schoolgebouw
Alvorens wij stilstaan bij de inhoud van het in Bruinisse gegeven onderwijs eerst
iets over het schoolgebouw. Vele schoolmeesters gaven les in een deel van hun
woning. Bruinisse beschikte daarentegen al vroeg over een eigen schoolruimte.
De huisvesting was aanvankelijk zeer sober. Op het eind van de lóde eeuw was
een "stroohutte" in gebruik, die echter voor het schoolhouden ongeschikt was.
Vele ouders hielden om die reden hun kinderen thuis. Naar aanleiding van de
aanhoudende klachten van het dorpsbestuur stelden Gecommitteerde Raden van
de Staten van Zeeland in 1596 geld beschikbaar voor de bouw van een school
tegen het kerkgebouw. Dit geschiedde in 1597/1598. Eerst in 1853 werd een
nieuw, los staand schoolgebouw in gebruik genomen, dat in 1882 door een
ander, veel groter gebouw zou worden vervangen.
Voorschriften
Door de Staten van Zeeland werd in 1583 een "Ordonnantie van de schoolorde-
ninge" vastgesteld. Hierin werden regels gegeven voor onder meer de inhoud van
het onderwijs. De schoolmeester in Bruinisse kreeg in 1692 een instructie, die
werd vastgesteld door de ambachtsheer mr. Willem de Jonge. Deze instructie
werd herzien in 1707, 1725 en 1749. In 1763 werd een geheel nieuwe instructie
vastgesteld, die veel uitvoeriger was dan de voorgaande. Het concept werd ver
vaardigd door ds. G. Sevenhuysen en vervolgens na een aantal wijzigingen vast
gesteld door het collegium qualificatum.
Schooltijden, vakanties en aantallen leerlingen
De schoolmeester moest 's morgens drie en 's middags eveneens drie uur school
houden. Een korte vakantie werd gehouden in de zomer. De meester was ook vrij
op de zaterdagmiddagen, Tweede Paasdag, Tweede Pinksterdag en de beide
Kerstdagen. In 1763 werd bepaald dat de zomervakantie gehouden zou worden
in de maanden juli en augustus. De schooluren werden nader vastgesteld: van
half negen tot half twaalf en van een tot vier uur. Bij minimaal acht a tien leerlin
gen moest de schoolmeester avondschool houden in de maanden december tot
en met maart.
Over het aantal schoolkinderen zijn we slecht geïnformeerd. Eerst uit 1799 is een
cijfer bekend. In de afgelopen vijf jaar gingen gemiddeld 's winters 100 kinderen
op school en 's zomers 50. Daarmee was de school van meester De Graaff de
grootste van de dorpen op Schouwen-Duiveland. Op zich geen bijzonder feit
want Bruinisse was met 828 inwoners na Zierikzee de grootste plaats op
Schouwen-Duiveland/ In 1806 was het aantal leerlingen in de winter 100 a 110 en
in de zomer 40 a 60/
Religie
De Zeeuwse schoolorde van 1583 wond er geen doekjes om. In de aanhef stelde
zij dat het voor de opbouw van een goede republiek en de welstand van het land
27