Heldere maar bewolkte morgen, squadronleader Thomas voert acht gevechts vliegtuigen naar de Nederlandse Eilanden en treffen daar volop schepensamen getrokken rond Noord- en Zuid-Beveland, met het resultaat dat het squadron tot een "realparty""' kan komen en de volgende claims vaststelt. Een stoomschip - 1000 tons categorie, gezonken door bommen in 30 seconden door Warrant OfficerLa Rocque en Flight Lieutenant Norsworthly, beiden Canadezen (Gezien de tijd- en plaatsbepaling betreft deze melding het treffen van de "Prins Hendrik"). Een baggermolen - categorie 1, gezonken door beschieting en bommen door Field Officef' Schwartz en een sleepboot in vlammen gehuld - categorie II door het gehele squadron (dit was de "En Avant XVÏÏI"). Na deze acties vliegt het squadron richting Veere, waar voor de sluizen een grote concentratie van binnenvaartuigen wordt waargenomen. Door beschieting wor den een zevental vaartuigen in verschillende categorieën uitgeschakeld. Plet vluchtrapport eindigt met de veronderstelling dat de sluizen van Veere bij eerdere acties zijn beschadigd en derhalve niet meer funktioneren, gezien het grote aantal schepen voor de ingang van de sluizen. Het squadron keert zonder verliezen op haar basis terug. Dit bericht is in strijd met de vermelding in het Kriegstagebuch des Marineoberkommanclos Nordsee (RM 33/605) en een Fernschreib- und Funkspruchsammlung der Seekriegsleitung (RM 7/607). In beide gevallen wordt vermeld dat waarschijnlijk één vijandelijk toestel is neer geschoten en dat er eveneens één vaartuig van het Rheinflotlile is beschadigd en dat er één militair is verwond. Provinciale Stoombootdienst Zierikzee-Katseveer september 1943 Na de beschieting van het stoomschip "Zuiderzee" op donderdag 3 juni (Hemelvaartsdag) waren door de directie van de Stoombootdienst verschillende veiligheidsmaatregelen genomen Op de eerste plaats waren op de schepen de zogenaamde schuilkegels geplaatst, ronde stalen kogelvormige schuilplaatsen. Deze vormden een afdoende bescher ming tegen een beschieting. De afmetingen waren echter van dien aard dat er slechts drie, maximaal vier personen in konden plaatsnemen, bovendien waren er veel te weinig geplaatst. Op de tweede plaats werd per dienst de bemanning met één lid uitgebreid die als vliegtuiguitkijk moest fungeren. Alle bemanningsleden, ongeacht hun rang of functie deden bij toerbeurt dienst als uitkijk. Door deze maatregel werd tevens een gedeelte van het personeel, van de Stoombootdienst gevrijwaard van tewerkstelling in Duitsland. Op de derde plaats werden de stalen schepen periodiek te Rotterdam geantimag- netiseercl teneinde beveiligd te zijn tegen het gevaar van magnetische zeemijnen. Vrijdag 3 september was het machinekamerpersoneel 's morgens om kwart voor zes aan boord van de "Prins Hendrik" om de vuren op te stoken en het schip vaarklaar te maken. Op cfe normale tijd, half zeven, vertrok het schip uit Zierikzee. Aan boord bevonden zich naast de bemanning 17 passagiers, onder wie een tweetal Duitse militairen. 98

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1993 | | pagina 100