Wanneer er iets van Engelse zijde geschied, dat terecht algemeen afgrijzen ver oorzaakt, is een zeker stelletje duistere lieden direct klaar om het te verfoeilijken en om te liegen. Als een veerboolje getroffen wordt, wordt door die lieden uitge bazuind, dat er juist een aantal Duitse vaartuigen in de buurt waren, of dat er veel Duitse militairen aan boord waren. Uit het voorgaande blijkt duidelijk hoe een tragisch voorval als propagandamiddel werd gebruikt. In het volgende num mer van de Zeeuwsehe Stroom geeft de leider van de NSB in Zeeland Jan Dekker in zijn rubriek "Besprekingen met het Zeeuwse volk" antwoord op de volgende vraag: "Waarom mocht de tot zinken gebrachte veerboot "Prins Hendrik" geen vlag voeren van de Duitsers?" Ten eerste ergert hij zich aan de beschuldiging aan het adres van de Duitsers. Ten tweede stelt hij de opdracht van de directeur van de Provinciale Stoombootdienst om geen vlag te voeren ter discussie. Het argu ment van de directeur als zou een schip zonder vlag opvallen tussen alle Duitse schepen met een vlag verwerpt hij en hij stelt dat de directeur zonder overleg met de Duitse instanties heeft gehandeld en derhalve verantwoordelijk is. Op de vraag of de directeur de opdracht heeft gegeven om te voorkomen dat bij het passeren van een Duits vaartuig de Duitse vlag moest worden gegroet door middel van het strijken van de Nederlandse vlag blijft hij het antwoord schuldig. Hij spreekt echter de hoop uit dat dit niet het geval is. (Oud-bemanningsleden verklaarden dat dit inderdaad cle enige reden was. Het was voorgekomen dat tijdens één over tocht zeven maal de vlag moest worden gestreken.) Ter nagedachtenis In het eerste nummer van de Vrije Stemmen van Schouwen en Duiveland, het blad dat de verboden "Zierikzeesche Nieuwsbode" verving, op dinsdag 12 juni 1945 herdacht burgemeester Schuurbeque Boeije de omgekomenen in de Tweede Wereldoorlog met de volgende woorden: Er zijn er ook die niet: terugkeren. Zij die hier op hei: eiland de dood vonden door de hand van de bezetter. Die door het granaat-vuur hun leven vroegtijdig zagen afgesneden. Die in hun evacuatieoorden hun tol aan het leven betaalden. Die voor dal de evacuatie haar beslag kreeg, van dit leven scheidden. Die in de meidagen van 1940 aan hun verwondingen bezweken. Wij denken in stilte aan deze mensen en kinderen van onze stad. Wij wensen hen de eeu wige rust toe. Vrijdag 3 mei 1946. Zierikzee gedenkt de doden. We citeren het verslag uit De Vrije Stemmen van Schouwen en Duiveland van maandag de 6de mei. Geen indrukwekkender stoet is er door de straten van de stad gegaan, dan op den avond van Vrijdag 3 mei '1946. Met een stille ommegang langs de graven van hen die in de mei-dagen 1940 hun bloed plengden op het altaar van de vrijheid en die voor ons al de duizenden Nederlandsche gesneuvelden en de millioenen dooden over de geheele wereld, vertegenwoordigen, heeft de Zierikzeesche burgerij een wijle hen allen herdacht en bloemen gelegd op de plaats waar hu n lichamen rusten. Om 7.15 zette de stoet, die zich op het Havenplein had opgesteld, zich in beweging en in volmaakte rust en orde begaf men zich via de Nobelstraat en Grachtweg, naar het R.K. kerkhof waar de militair Van Doorn, zoals bekend gesneuveld op de Barendrechlsche brug in mei 1940, ligt begraven. Vandaar ging de stoel via de Grachtweg verder naar de Algemeene Begraafplaats, waar de te Overschie ge sneuvelde militair Van der Have zijn laatste rustplaats heeft gevonden. Zelden hing er over onze stad zulk een sfeer van plechtige ernst. Hoe oneindig diep is de oorlog in ons volk ingeslagen 109

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1993 | | pagina 111