hun kans schoon en betrokken een woning op Schouwen-Duiveland. Door dit
alles groeide tussen 1965 en 1975 de bevolking met 14 Hoe zeer de recreatie
als economisch trekpaard fungeerde blijkt wel uit de volgende cijfers.
Schatting van het verblijfstoerisme in de gemeente Westerschouwen, 1963-1971
aantal verblijfstoeristen
aantal overnachtingen
Nederl.
buitenl. totaal
Nederl. buitenl. totaal
1963
31.257
9.968 41.225
358.096 107.683 465.779
1964
40.784
11.011 51.795
469.922 137.981 607.903
1966
69.325
13.809 83.134
769.468 168.335 937.803
1967
95.159
14.716 109.875
1.045.469 180.058 1.225.527
1968
106.536
16.230 122.766
1.041.413 180.776 1.222.189
1971
1.320.000
bron: Overzicht van de gemeentelijke gastenstatistiek, Vereniging van Nederlandse
gemeenten, Archief Gemeente Westerschouwen inv. nr. 192.
Westerschouwen stak met bovengenoemde getallen met kop en schouders boven
de andere recreatiegemeenten uit. Op basis van het totale aantal overnachtingen
in Zeeland had Westerschouwen in 1967 een marktaandeel van 22,7 en was de
gemeente bovendien de derde badplaats van Nederland. De stijging was het
gevolg van de toename van het kamperen, dat groeide van 9,7 in 1962 tot
29 in 1968. Uiteraard nam het aantal toeristische slaapplaatsen tussen 1962 en
1969 sterk toe, namelijk van 17.000 tot 47.000. 80 daarvan vond men op de
campings. Niet voor niets stond de Westhoek te boek als een badplaats voor
arbeiders en lagere employés (in 1967-1968 67
Door de stijgende koopkracht en groei van het aantal vakantiedagen was
vakantie voor meer mensen bereikbaar geworden. Het toerisme groeide clan ook
uit tot dé economische pijler van de Westhoek. De totale bruto-inkomsten waren
tussen 1962 en 1967 ongeveer verzesvoudigd tot 20 miljoen. De dagtoeristen
(340.000 in 1967) besteedden nog eens ƒ3,4 miljoen. Diverse recreatie-onderne
mers breidden in deze jaren hun bedrijf uit en diverse nieuwe projecten werden
uitgevoerd. In juni 1967 opende burgemeester Everwijn bungalowpark 't Zeepe,
met 86 bungalows. Noodlijdende fruittelers konden eveneens een graantje mee
pikken en kregen toestemming om maximum 25 kampeerwagens toe te laten.
Natuurlijk veranderde de recreatie het een en ander in de Westhoek. Wat te den
ken van drukte, criminaliteit en vervuiling. De invloed van de toeristen op de
bevolking is toch vrij gering geweest. "De bewoners vormen een hechte
gemeenschap en sluiten zich gemakkelijk af voor de recreanten. De contacten
zijn puur zakelijk. Na de zomerse invasie zijn de bewoners weer onder elkaar",
aldus oud-gemeentesecretaris J.W. de Jonge. Toerisme heeft het aanzien van de
streek wel behoorlijk veranderd. Renesse groeide uit tot een "lang-leve-de-lol
badplaats" en kampt nog altijd met problemen.
Toen de recreatie zo n hoge vlucht nam poogde de provinciale politiek deze tur
bulente ontwikkelingen van een goed onderbouwde visie te voorzien. Diverse
rapporten kwamen tot de conclusie, dat de recreatie van primair belang was
geworden voor de Zeeuwse economie en in de toekomst nog verder uit zou
groeien. Er werd in 1970 een recreatiedag georganiseerd en bovendien werd het