7 december naar Goeree-Overflakkee overgebracht en voor een militair standge recht geleid, dat hen ter dood veroordeelde. Een van de elf, de Armeense militair, was overigens op de tocht naar Ouddorp over boord gesprongen; hij zou verdrinken. De overige tien, alle bewoners van het eiland, werden op 10 decem ber om twaalf uur 's middags opgehangen, aan een balk die tussen twee eiken was aangebracht bij het begin van de Slotlaan van kasteel Moermond in Renesse. Drieëntwintig willekeurig opgepakte eilanders werden kort daarna gedwongen de gedoden te aanschouwen en het door een Duitse militair voorgelezen vonnis aan te horen. De terechtgestelden waren J.A. Verhoef en M.P.M. van der Klooster uil Brouwershaven, I.M. van der Bijl uit Zonnemaire. A.M. Padmos en J. Oudkerk uit Renesse, J.P. Jonker en LM. Jonker uit Haamstede, W.M. Boot uit Serooskerke en M.K. van der Beek uit Zierikzee. C. Lazonder, die bij de arrsestatie ernstig was verwond, moest de executie bijwonen. Toen hij kort daarna aan zijn verwondin gen bezweek, werd zijn lichaam alsnog opgehangen. Renesse: de tien graven van de omgebrachte verzetsstrijders met voorlopige houten kruizen. (Coll. Slreekarchivariaat Schouwen-Duiveland en Sint Philipsland, Zierikzee) Deze gruwelijke daad is een unicum in de bezettingsgeschiedenis van Nederland. Nergens anders werd op zo'n wijze een terechtstelling uitgevoerd. De felle Duitse reactie op de poging naar bevrijd Zeeland te ontsnappen is ongetwijfeld terug te voeren op het feit dat Schouwen-Duiveland frontgebied was. Het Duitse burger lijke gezag had hier inmiddels niets meer te zeggen, het waren uitsluitend militai ren die bepaalden wat er gebeurde. En wat die militairen zo direct aan het front 95

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1994 | | pagina 97