(de Franse tijd) opnieuw voor een nog groter gebied in de Prunje een stelsel van kaden aangelegd. De Prunje als aparte afwateringseenheid met eigen peilen, los van de polder Schouwen, heeft tot 1953 gefunctioneerd. Het op' vergelijkbare wijze inrichten van het natuurontwikkelingsgebied met behulp van een omrin gende lage waterkade, waardoor een eigen afwateringseenheid kan ontstaan ten opzichte van de ver ondermalen polder, is uit een oogpunt van natuur derhalve pure noodzaak maar mede van cultuurhistorisch belang. Het ligt voor de hand de grond van de uit te graven terreingedeelten voor het opwerpen van de waterka de te gebruiken. De boomloze Prunje met recbls de eendenkooi ran Ellemeet (1947), StibokaWageningen Van de bedijkingsgeschiedenis oftewel de strijd tegen de zee zijn langs de zuid kust nog wel karakteristieke landschappelijke elementen in de vorm van inlagen, karrevelden. slaper- en zeedijken aanwezig. Deze elementen van cultuurhistori sche waarde hebben bij een afgestemd (water)beheer tevens grote natuurwaar den. Naast behoud verdient uitbreiding en herstel van in recente tijd verdwenen karrevelden de nodige aandacht bij de herinrichting van het dijkenlandschap. Karrevelden zijn in het verleden ook ontstaan op plaatsen waar vroegere inbra ken hebben plaatsgehad, zodat beide landschapspatronen naast elkaar kunnen bestaan. Met betrekking tot de realisatie van de verschillende natuurdoel typen kan het meer natuurlijke brakwatermoeras in de Prunje ten noorden van de rijksweg wor den ontwikkeld. De natuurwaarden die bij dit landschap horen zijn sterk versto- ringsgevoelig zodat een flink aaneengesloten gebied nodig is met goede moge lijkheden voor isolatie ten opzichte van invloeden van buiten. Daarnaast kan hier gelet de meer binnendijkse ligging het gehele traject van zout naar zoet in de ruimte worden gerealiseerd hetgeen gunstig uitwerkt in de ontwikkeling van meer gevarieerde vegetatietypen. De halfnatuurlijke natuurdoeltypen, die kunnen worden gekarakteriseerd als bin nendijkse schorren, zijn dichter bij de zeedijk gesitueerd waar ze meer onder in vloed staan van zoute kwel. Er vindt aansluiting plaats bij de zoutvegetaties van inlagen en karrevelden waarvan het behoud van het cultuurhistorisch land schapspatroon mecle van belang is. In hoofdlijnen worden de kenmerken van het Platte van Schouwen behouden. Hier beleeft men Schouwen op zijn schouwst: het boomloze, lage land met zijn vogels en hoge wolkenluchten. In die zin is het Platte van Schouwen een monu- 99

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1995 | | pagina 101