scheepsbouw en -reparatie, de verwerking van zeeproducten, de overslag van
landbouwproducten en het dijkonderhoud. Doorgaans was het uiterlijk van der
gelijke woningen op het platteland gebaseerd op dat van traditionele huisjes uit
de voorafgaande periode, die waren voorzien van een eenvoudige langsgevel en
een zadeldakje. In de stad Zierikzee komen juist meer woningen voor waarvan
de kopgevel naar de straat is gericht, vermoedelijk in verband met de smalle per
celen.
In Bruinisse is als gevolg van de bloei van de mossel- en oestercultuur, die veel
arbeidskrachten vroeg, in de tweede helft van de 19de eeuw een explosieve
groei van de bevolking waar te nemen. Bruinisse werd na Zierikzee de grootste
plaats op Schouwen-Duiveland. Voor de huisvesting van de arbeiders werden
onder meer smalle, dwars op de hoofdweg staande woonstraatjes, een soort
slopjes, gebouwd. Steinstraat 15 is een voorbeeld van de woningbouw zoals deze
tijdens de explosieve groeiperiode plaats vond. Het is een blokje van drie wonin
gen in een traditionele architectuur gebouwd, met aan de voorgevel tegels in de
boogtrommels. De groeiende welvaart stelde velen in staat nieuwe woningen te
bouwen. Ook particulieren belegden hun geld in het bouwen van woningen, die
zij vervolgens verhuurden. Met name aan de Steinstraat werden vele woningen
met dit doel gebouwd. Georganiseerde sociale woningbouw kwam over het alge
meen weinig voor op Schouwen-Duiveland. Alleen in Zierikzee en Brouwers
haven was vóór de Tweede Wereldoorlog een woningbouwvereniging actief.
De geringe afmetingen en de sobere voorzieningen van arbeiderswoningen heb
ben geleid tot moderniseringen, verbouwingen of tot sloop, zodat deze wonin
gen vrijwel niet meer in oorspronkelijke staat voorkomen.
De woonhuizen en herenhuizen voor bijvoorbeeld cle middenstand, rentenieren
de boeren, maar ook de in een dorp vaak opvallende panden met een specifieke
functie zoals de pastorie, de hoofdmeesterswoning en de dokterswoning zijn
meestal ruim van opzet en halfvrijstaand of vrijstaand. Aanvankelijk werden der
gelijke woonhuizen als invulling of vervanging in bestaande nederzettingen
gebouwd. Vanaf het begin van de twintigste eeuw werden ook de uitvalswegen
van de woonkernen geliefde lokaties. Zo ontstond bij vrijwel elk dorp en elke
stad karakteristieke lintbebouwing, die ook tegenwoordig in de meeste gevallen
nog herkenbaar is. voor zover deze niet door een nieuwbouwwijk is opgeslokt.
Bij Zonnemaire werd bijvoorbeeld in de jaren twintig van deze eeuw uitgebreid
aan de voet van de Blooisedijk. Hier werden sobere, traditionele woningen
gebouwd met de langsgevel evenwijdig aan de dijk. Een reeks woningen aan de
Donkereweg bij Noordgouwe van rond 1910 laat een andere vorm van verkave
ling zien. Hier is een eenzijdige lintbebouwing tot stand gekomen met woningen
die niet evenwijdig, maar iets schuin-dwars op de weg zijn geplaatst.
Een karakteristieke lintbebouwing is te vinden aan de Lange Blokweg, de noor
delijke uitvalsweg van Zierikzee richting Schuddebeurs, Deze was in ,1915 nog
vrijwel onbebouwd. Daarna kwam hier deels tweezijdige, deels éénzijdige lintbe
bouwing tot stand, met vrijstaande woningen, die voornamelijk in Interbellum
architectuur (de bouwstijl tussen de beide Wereldoorlogen) werden gebouwd.
Deze architectuurstijl wordt gekenmerkt door markante kapvormen, veelal met
overstek, bescheiden metselwerk-accenten en relatief grote raampartijen met
houten of stalen onderverdeling.
Ook binnen de oude vestingwallen van Zierikzee vonden uitbreidingen plaats.
Het noordoostelijk stadsdeel, dat nog vrijwel onbebouwd was, ontwikkelde zich
112