Een dergelijke kostbare onderneming past beter in de uitbreiding van de grafelijk macht in en rond Zierikzee. De graaf moet daarom rond 1150 het patronaatsrecht van de kerk van Zierikzee al dan niet met. gebruikmaking van enige druk van de Gentse monniken hebben overgenomen. Een teken dat hun invloed op kerkelijk terrein aan het verdwijnen was signaleerde ik al hiervoor. De afgebrande kerk van Brijdorpe werd toen deze werd herbouwd niet meer aan een specifiek Vlaamse heilige, maar aan Sint Pieter gewijd. Na het midden van de twaalfde eeuw vinden we geen enkele betrokkenheid meer van deze abdij bij de dochter kerken op dit deel van het eiland. De graaf komen we, zoals we hierna zullen zien, daar wel regelmatig tegen. Belangrijk onderdeel van de kerkwijding was het trekken van twee diagonalen van de linker- naar de rechterzijde en- omgekeerd. Nadat ze met as waren be strooid, schreef de bisschop daarin met de punt van zijn staf hel Griekse en Latijnse alfabel. In het westen van het eiland, waar de graaf ook uitgebreide goederen bezat, is vermoedelijk iets gelijkaardigs gebeurd. Daar was de bisschop de kerkheer van de kerk van Haamstede, waarvan ik de stichting in de eerste helft van de tiende eeuw dateerde. Van deze kerk werd 'die van Burgh als eerste afgesplitst. Deze was gewijd aan Sint Willibrord en de H.Drieëenheid. Deze patrocinia wijzen er op, zoals Henderikx onlangs heeft aangetoond, dat de abdij van Echternach een rol bij de stichting heeft gespeeld. Deze abdij was namelijk gewijd aan Willibrord 12

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1996 | | pagina 14