De commissie stelt voor Pieterson af te zetten. Hij moet onbekwaam verklaard worden om waar dan ook het predikantschap te vervullen, en tevens moet hij onder kerkelijke censuur worden geplaatst. De vergadering besluit vervolgens conform het rapport. Kerlcwerve is weer va cant. De gecommitteerden brengen Sous-Prefect, burgemeester, kerkenraad en Pieterson zelf per omgaande op de hoogte en verplichten zich bovendien tot het "...in veiligheid brengen der kerkeraadregisters die nog onder voornoemde L.G. Pieterson berusten". Het is de laatste keer dat deze naam in de classisvergadering valt. Het boek is dicht; men komt er niet meer op terug. Terugkeer naar Amsterdam Over wat er hierna met Pieterson en zijn jonge gezin gebeurd is, zwijgen de bronnen. Zijn ze meteen vertrokken van de plek des onheils en hebben ze snel de tocht naar Amsterdam aanvaard? Was hij wel in staat om deze reis te maken en is zijn hele gezin wel meegekomen? Zeker is slechts dat hij ergens tussen sep tember 1812 en februari 1813 naar Amsterdam is teruggekeerd. Op 5 februari 1813 - koud vijf maanden na z'n afzetting als predikant - melden twee bekenden van de dominee - Willem Duseman en Jan Joshua Houthuijsen - zich bij de bur gerlijke stand in Amsterdam om het overlijden aan te geven van Lambert Godefried Pieterson (oud: 36 jaar, wonende Haarlemmerdijk, van beroep: 'geene') en zijn zoontje Godfried. Zes jaar later sterft z'n andere zoontje, Wilhelmus Sophius. Deze woont dan in bij de 'ambtenaar' Hendrik Neuting, op de Korte Brouwersgracht nummer drie. Het dochtertje van Pieterson, Johanna Maria, is zowel op Schouwen-Duiveland als in Amsterdam onvindbaar: ze is er niet getrouwd, niet gestorven, en evenmin als lidmaat ingeschreven. Wellicht is ze met haar tante en naamgeefster Johanna Maria uit Amsterdam weggetrokken, een onbekende weldoener kan haar onder zijn hoede hebben genomen, of moe ten we, hoe triest ook. erin berusten dat het verhaal van haar leven misschien toch in de eerste plaats verscholen ligt ergens in die lange lijst van anonieme overledenen die elk jaar opnieuw in de stedelijke registers werden bijgeschreven? Het buis aan de Haarlemmerdijk, te Amsterdam, waar dominee Pieteison op 5 februari 1813 overleed. (Collectie II. van WeteringAmsterdam.) 28

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1996 | | pagina 30