Voorwoord
Op 13 december 1995 is met de laatstgehouden algemene vergadering formeel
een einde gekomen aan het bestaan van het waterschap Schouwen-Duiveland.
Met een op dezelfde dag gehouden symposium werd afscheid genomen van hen
die bestuurlijk of ambtelijk direct betrokken zijn geweest, maar ook van velen met
wie het waterschap in de loop der jaren contacten onderhield.
Door een aantal sprekers werd op dat symposium vooral aandacht besteed aan
het verleden, maar het waterschap heeft ook een toekomst! En juist om die toe
komst veilig te stellen moet het waterschap worden versterkt; om te overleven
wordt het waterschap opgeheven.
Samen met de waterschappen Tholen, Walcheren, Noord- en Zuid- Beveland en
hel wegschap Walcheren wordt vanaf 1 januari '1996 immers liet waterschap
Zeeuwse Eilanden gevormd, niet alleen in oppervlakte en aantal inwoners veel
groter, maar ook in mogelijkheden.
Verandering en vernieuwing mogen er echter niet toe leiden dat essentiële zaken
uit het verleden verloren gaan.
Met de inhoud van genoemd symposium is benadrukt dat er door de eeuwen
heen een speciale band is geweest tussen het waterschap Schouwen-Duiveland
en Schouwen-Duiveland als woon- en werkgebied. De geschiedenis van
Schouwen-Duiveland is er één van een gevecht legen het water, en is daarom
welhaast synoniem met de geschiedenis van de waterschappen op dit voormali
ge eiland. De gehouden inleidingen volgen hierna in bewerkte vorm.
Nu houdt het waterschap op te bestaan. Betekent dat ook het einde van de band
tussen de regio Schouwen-Duiveland en het waterschapDat zou wel een zéér
ongewenst effect zijn van deze - in eerste instantie vanuit Schouwen-Duiveland in
gang gezette - ontwikkeling.
De sprekers hebben tijdens het symposium aspecten belicht waaruit iets blijkt van
die speciale band met het gebied. Dat bleek ook uit de aanwezigheid van veel
vertegenwoordigers van andere overheden, instellingen en organisaties met wrie
het waterschap Schouwen-Duiveland contacten onderhield. De genoemde con
tacten zullen voortaan weliswaar plaats vinden met het waterschap Zeeuwse
Eilanden, maar inhoudelijk niet veranderen; ieder waterschap heeft met een zeke
re variatie deze zelfde soort contacten.
Behalve met andere overheden en organisaties waren er echter de talloze indivi
duele contacten met ingelanden. Het zijn juist die contacten, die de essentie zijn
van de speciale verbondenheid van de regio met het waterschap. En dat is iets
wat in ieder geval niet mag veranderen. Het zijn immers de ingelanden, de bewo
ners van het gebied, aan wie het waterschap, bestuur en medewerkers ten dien
ste staan.
Een groot deel van de identiteit van de waterschappen werd bepaald door de
aloude trits: belang, betaling, zeggenschap, ofwel "die betaalt, die bepaalt".
Misschien past die trits, gelet op de omvang en breedte van de huidige taakuit
oefening niet meer helemaal bij de moderne waterschappen. Sommige belangen
gaan immers verder dan de directe leefomgeving, anderzijds zegt de hoogte van
een voor een taak te plegen investering niet altijd iets over het belang zoals dat
gevoeld wordt door degenen die er voor betalen.
Ook waterschappen maken gebruik van subsidiemogelijkheden en hebben daar-
4