worden. Aan ons de taak en laten we daarbij terugdenken aan de ramp van 1953
toen duizenden in binnen- en buitenland geld inzamelden voor ons. Laten we
dankbaar zijn dat er geen slachtoffers gevallen zijn en vrijdag 28 nov. a.s. onze
portemonnee trekken, tussen 7 en 70 uur.
De actie kreeg cle naam "Geef geld voor onverwacht geweld" en bracht ondanks
het slechte weer op de avond van de actie (storm en regen) het fraaie bedrag
van ruim 20.000- op. In. totaal werd een bedrag van 25.000- aan giften
genoteerd.
Opluchting
Burgemeester Kastelein en de Commissaris van de Koningin hadden gedurende
de eerste weken na de ramp bij voortduring zowel bij het Nationaal
Rampenfonds als bij de minister van Binnenlandse Zaken aangedrongen om tot
een snel besluit te komen. Ook op leden van de Tweede Kamer werd een
beroep gedaan. Zij stelden vragen aan de Minister van Binnenlandse Zaken over
zijn toezeggingen op de avond na de ramp.
Maandag 1 december, precies twee weken na de ramp werd tot ieders
opluchting bekend gemaakt dat "Den Haag" berichtte dat de directe schade aan
goederen ontstaan door de mijnexplosie zal worden vergoed op basis van de
regeling die was toegepast voor de windhoosschade in '1967 in Tricht en Chaam.
Dit besluit werd genomen tijdens een overleg tussen liet dagelijks bestuur van
het Nationaal Rampenfonds en de minister van Binnenlandse Zaken.
De regeling hield in, dat de vergoeding geldt voor zowel roerend als onroerende
goederen. Voor schade aan huizen worden schadebedragen beneden 2.000,-
voor 75% vergoed. De huisraadschade boven de 50,- zal vergoed worden. De
totale schade, zal inclusief de door de gemeente gemaakte onkosten, maar
exclusief de schade aan het woningbestand van Beter Wonen, welke via het
ministerie van Volkshuisvesting wordt vergoed, ongeveer 300.000,- bedragen.
In overleg met het actiecomité over eventuele aanvullende uitkeringen werd
besloten dat de huisraadschade beneden de
50,- volledig zal worden vergoed en ook de eerste 50,— bij schade boven dit
bedrag.
Na verder overleg met diverse instanties kon het gemeentebestuur op 15 decem
ber, vier weken na de ramp, een brief met de volgende inhoud verzenden:
Aan alle eigenaren van de
beschadigde panden
Ar, 3512 Zierikzee. 15 december 1969.
Onderwerp:
Vergoeding Schade onroerend goed
als gevolg van de mijnontplojfing
op 17 november 1969.
Hierbij berichten wij u clat na overleg tussen de ministers van Binnenlandse
Zaken en van Financiënalsmede de vice-voorzitter van het Nationaal
Rampenfonds, is besloten dat cloor genoemd fonds het herstel van de opgelopen
schade aan onroerend goed als gevolg van de mijnontplojfing op 17 november
'1969 zal worden vergoed volgens de hierna vermelde maatstaven:
113