sedertdien ook het grafelijk gezag over Zeeland Beoostenschelde uit.-5 Waar het beheerscentrum van het domein Zonnemare heeft gelegen weten wij niet, maar hoe dit zij, nadat de graaf van Holland het bezit van Sint Baafs in Zierikzee heeft overgenomen bevindt het grafelijk bestuurscentrum voor Zeeland Beoos tenschelde zich in Zierikzee. Zierikzee wordt de vaste verblijfplaats van de graaf in dit deel van Zeeland, net zoals Middelburg dat is in Zeeland Bewestenschelde. Ten aanzien van de 13e eeuw wordt dat enigszins geïllustreerd door die grafelij ke oorkonden waarin de plaatsen worden vermeld waar de graven de oorkonden hebben uitgevaardigd. In Zeeland wordt Middelburg dan 50 keer genoemd, Zierikzee 30 keer en 14 andere plaatsen in Zeeland te zamen niet meer dan 31 keer.26 Van de betekenis van Zierikzee als grafelijk centrum blijkt voor het eerst iets in 1203. Dat wil zeggen, na de dood van graaf Dirk VIL wanneer diens broer Willem I strijd levert om het grafelijk gezag met Lodewijk van Loon, de echtge noot van Ada, dochter van Dirk VIL Willem staat er op dat moment in Holland niet best voor, maar volgens de annalen van de abdij van Egmond is dat in Zeeland anders; hij wijkt vanuit Holland uit naar Zierikzee waar hij enthousiast door de bewoners wordt ontvangen en door hen als hun Vorst en heer' wordt erkend.27 Dat dit verhaal zo nadrukkelijk in de annalen van Egmond wordt verteld wijst er op dat Zierikzee niet zomaar een willekeurige plaats is, maar een grafelijk centrum, waar de plaatselijke bevolking en de daar waarschijnlijk aanwezige beheerder van het gravenhof de partij van Willem kiezen in diens strijd tegen Lodewijk en Ada; een strijd die uiteindelijk door Willem wordt gewonnen. De portus Zierikzee; handel en nijverheid Uit dat Egmondse relaas over de gebeurtenissen in 1203 komt nog iets heel anders naar voren. Zierikzee wordt daarin aangeduid als de 'portus' Zierikzee. Portus betekent in het klassiek Latijn 'haven', maar in het middeleeuws Latijn is het met name de term voor een havenplaats, een handelsnederzetting; uit die betekenis ontwikkelt zich hoogstwaarschijnlijk ook het Middelnederlandse woord poort voor stad en het woord poorter voor burger. Zierikzee is dus rond 1200 een portus, een haven- en handelsplaats, en dat vermoedelijk al enige tijd. De term komen wij kort daarna ook tegen in 1220, wanneer graaf Willem I als bruidschat aan zijn vrouw Maria de inkomsten schenkt van de grafelijke watermolens in 'Syricseporth', dus in de portus, de haven- en handelsplaats, of misschien al zonder meer de poort, de stad Zierikzee.28 Men mag aannemen dat van een dergelijke portus de haven een essentieel onder deel is, en in dat verband is de aanwezigheid in 1220 van watermolens heel typerend. Het gaat hier om een zogenaamd spui-watermolensysteem zoals dat heeft bestaan in bijna alle havenplaatsen in het getijdengebied rond de monden van de Schelde. Daarbij laat men het opkomend water via de haven en een spui- kanaal in een grote kom, het zogenaamde molenwater stromen. Is het vloed, dan sluit men de toevoer af met een sluisje, en vervolgens laat men het molenwater bij afgaand tij met kracht teruglopen via een in het spuikanaal naast het sluisje gebouwde watermolen. Behalve dat zo een watermolen in bedrijf wordt gehou den, dient het systeem ook - en dat is dan speciaal het belang van een haven? plaats als Zierikzee - als spuisysteem, waarbij door het krachtig uitstromende water de haven op diepte wordt gehouden.2V In Zierikzee is de situatie als volgt. 9

Tijdschriftenbank Zeeland

Kroniek van het Land van de Zeemeermin | 1997 | | pagina 11