LAAT ONS ZIERIKZEE HOUDEN
door Lieneke Frerichs
De schrijver Nescio Q.H.F. Grönloh, 1882-1961) heeft zich met zijn drie verhalen
De uitvreter, Titaantjes en Dichtertje en de bundel Boven het clal een belangrijke
plaats in de Nederlandse letterkunde verworven. Vorig jaar verscheen een prachtig
verzorgde, tweedelige uitgave van zijn Verzameld Werk. In dit artikel inventari
seert de edileur daarvan de Zeeuwse passages in Nescio 's oeuvre, waarbij
Schouwen-Duiveland en Zierikzee voor deze gelegenheid de meeste aandacht
krijgen.
'De Zeeuwen zijn de beroerdsten niet', schreef Nescio in zijn verhaal De uitvreter
en elke Zeeuw zal beamen dat die uitspraak op kennis van zaken wijst. Dat blijkt
ook uil de inhoud van het verhaal: de hoofdpersoon Japi-de-uitvreter, die niets
wil uitrichten en alleen maar gedacht,enloos aan de waterkant wil zitten om te
leren 'versterven' zoals hij dat noemt, komt daarvoor met enige regelmaat naar
Nescio mei zijn
schoonzoon Louis Boas
hij Ouddoip <1948)
(colt Nederlands
Letterkundig Museum.